In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, gaat het om een huurgeschil tussen Markestate B.V. en Orange Brick B.V. De zaak betreft een hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter van de rechtbank Breda, dat op 19 september 2012 was gewezen. Het hof heeft op 21 januari 2014 een tussenarrest gewezen, waarin Markestate en een tweede appellante in de gelegenheid zijn gesteld om te reageren op een door Orange Brick overgelegde e-mailwisseling. De kern van het geschil draait om de vraag of de huurovereenkomst is geëindigd omdat Markestate en de tweede appellante op 1 december 2011 de huurprijs en servicekosten voor die maand niet hadden betaald. Markestate en de tweede appellante beroepen zich op een nadere overeenkomst uit januari 2011, waaruit zij afleiden dat de huurovereenkomst onmiddellijk eindigde bij niet-betaling. Orange Brick daarentegen stelt dat er een opzegtermijn van zes maanden was overeengekomen en dat de nadere overeenkomst enkel een handvat biedt voor de verhuurder om de huurovereenkomst te beëindigen bij betalingsachterstand van de huurder.
Het hof overweegt dat er nog geen duidelijkheid bestaat over de uitleg van de nadere overeenkomst en dat het aan Markestate en de tweede appellante is om bewijs te leveren ter ondersteuning van hun uitleg. Het hof staat hen toe om dit bewijs te leveren, en bepaalt dat getuigen zullen worden gehoord ten overstaan van raadsheer-commissaris Chr. M. Aarts. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling, waarbij partijen hun getuigen en bewijsstukken moeten opgeven volgens de gestelde termijnen. Het hof houdt iedere verdere beslissing aan, totdat het bewijs is geleverd en de getuigen zijn gehoord.