ECLI:NL:GHSHE:2013:BY8211
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M.G.W.M. Stienissen
- M.J.H.A. Venner-Lijten
- R.R.M. de Moor
- Rechtspraak.nl
Loondoorbetaling bij ziekte en overuren van een parttime taxichauffeuse
In deze zaak gaat het om de loondoorbetaling bij ziekte van een parttime taxichauffeuse, [appellante], die sinds 3 september 1998 in dienst is bij Taxi [Taxi] BV. [Appellante] heeft een vordering ingesteld voor het betalen van ziekengeld, waarbij zij stelt dat haar overuren niet zijn meegenomen in de berekening van haar laatstverdiende loon. De CAO Taxivervoer is van toepassing, waarin is bepaald dat bij ziekte de werknemer recht heeft op doorbetaling van 90% van het laatstverdiende loon gedurende de eerste 8 weken en 100% gedurende de daaropvolgende weken. [Appellante] heeft regelmatig overwerk verricht, maar Taxi [Taxi] BV stelt dat zij niet verplicht is om deze overuren mee te tellen bij de loondoorbetaling. De kantonrechter heeft de vordering van [appellante] afgewezen, omdat zij niet had onderbouwd waarom de referteperiode van 13 weken onredelijk was. Het hof oordeelt dat [appellante] onvoldoende heeft gedaan om de referteperiode te verlengen en dat Taxi [Taxi] BV het aan [appellante] toekomende ziekengeld uitsluitend heeft gebaseerd op de contractuele uren van 15 uur per week. Het hof heeft geoordeeld dat de vordering van [appellante] voor het deel dat betrekking heeft op de laatste twee weken van loondoorbetaling, toewijsbaar is, en dat het vonnis van de kantonrechter op dat punt zal worden vernietigd.