ECLI:NL:GHSHE:2013:BY8138
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- E.N. van der Spoel
- P.C.G. Brants
- M.J.J. Bogaerts-Tholen
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en verdeling van huwelijksgoederengemeenschap onder toepassing van Sri Lankaanse wetgeving
In deze zaak gaat het om een echtscheiding tussen partijen die in Sri Lanka zijn gehuwd. De vrouw, appellante, verzoekt om de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap, maar de rechtbank heeft dit verzoek afgewezen. Het hof heeft de zaak in hoger beroep behandeld en is tot de conclusie gekomen dat het recht van Sri Lanka van toepassing is op het huwelijksvermogensregime. De vrouw heeft in eerste aanleg erkend dat het recht van Sri Lanka geen gemeenschap van goederen kent, wat de rechtbank heeft meegenomen in haar beslissing.
De mondelinge behandeling vond plaats op 4 december 2012, waarbij de advocaten van beide partijen zijn gehoord, maar partijen zelf niet aanwezig waren. Het hof heeft kennisgenomen van eerdere processtukken, waaronder een advies van het Internationaal Juridisch Instituut. De vrouw heeft in hoger beroep aangevoerd dat volgens de Matrimonial Rights and Inheritance Ordinance het Nederlands recht voor haar zou moeten gelden, omdat partijen verschillende nationaliteiten hebben.
Het hof heeft echter vastgesteld dat het Haags Huwelijksvermogensverdrag van toepassing is, en dat het recht van Sri Lanka moet worden toegepast. Het Internationaal Juridisch Instituut heeft geconcludeerd dat de gevolgen van het huwelijk worden beheerst door de general law van Sri Lanka, die scheiding van goederen voorschrijft. Het hof heeft de bevindingen van het Instituut overgenomen en het beroep van de vrouw afgewezen, waarbij de eerdere beschikking is bekrachtigd.
De beslissing van het hof is openbaar uitgesproken op 10 januari 2013, waarbij de verzoeken van de vrouw zijn afgewezen en het hof heeft bevestigd dat er geen gemeenschap van goederen bestaat onder het Sri Lankaanse recht.