In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, ging het om een hoger beroep van de man tegen een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant. De man had in 2010 al een verzoek ingediend tot wijziging van de alimentatie, maar dit was afgewezen. In hoger beroep voerde hij aan dat er sprake was van onherstelbaar inkomensverlies, onderbouwd door een rapport van een arbeidsdeskundige. Het hof oordeelde dat, gezien de economische crisis en de inhoud van het rapport, er inderdaad sprake was van onherstelbaar inkomensverlies met terugwerkende kracht tot 2010. De man had eerder een alimentatiebijdrage van € 1.049,-- per maand moeten betalen, maar het hof besloot deze bijdrage met ingang van 27 september 2010 op nihil vast te stellen. De vrouw had verweer gevoerd tegen de wijziging van de alimentatie, maar het hof oordeelde dat de man niet in staat was om de bijdrage te betalen zonder onder het bijstandsniveau te komen. De beslissing van de rechtbank werd vernietigd en de alimentatie werd aangepast. De proceskosten werden gecompenseerd, gezien de familierechtelijke aard van de procedure en het gedeeltelijk gegronde hoger beroep van de man.