4.1.In dit hoger beroep kan worden uitgegaan van de volgende feiten.
a. Bij overeenkomst van 7 mei 2010 heeft [X.] Beheer BV (hierna: [X.] Beheer), met als bestuurder de heer [X.], aan Foxx Holding BV (hierna: Foxx Holding), met als bestuurder de heer [Z.], met ingang van 1 januari 2010 de aandelen in [X. Mediatechniek] verkocht. De levering van de aandelen heeft op 7 mei 2010 plaatsgevonden.
In artikel 9 lid 1 van de koopovereenkomst is bepaald dat de naam van HMT Verhuur BV (hof: een andere dochtervennootschap van [X.] Beheer) zal worden gewijzigd in [X.] Verhuur BV. De naam van HMT Verhuur BV is vervolgens echter gewijzigd in [X.] Mediaverhuur BV. Het hof zal deze BV hierna aanduiden als [X.] Mediaverhuur.
In artikel 9 lid 3 is bepaald dat [X. Mediatechniek], Foxx Holding, [X.] Mediaverhuur en [X.] Beheer op exclusieve basis met elkaar samenwerken en dat dienaangaande een (samenwerkings)overeenkomst zal worden opgesteld.
Artikel 8.2 van de huurovereenkomst bevat, kort gezegd, een verbod voor Pieke en Poen om het niet door [X. Mediatechniek] gehuurde deel van de bedrijfsruimte, dat in gebruik is bij [X.] Mediaverhuur, te verhuren aan een derde als die derde een onderneming exploiteert die met de onderneming van [X. Mediatechniek] concurreert.
Artikel 10 van de koopovereenkomst bevat een voorkeursrecht van koop ten gunste van Foxx Holding met betrekking tot de aandelen van HMT Verhuur BV (nadien hernoemd tot [X.] Mediaverhuur).
Op het moment van sluiten van de koopovereenkomst waren [X.] Mediaverhuur en [X. Mediatechniek] gevestigd in een bedrijfspand aan de [straatnaam 1][huisnummer A] te [plaats]. Dit bedrijfspand is eigendom van Pieke en Poen, waarvan de heer [X.] en diens echtgenote bestuurder zijn.
In artikel 8.1 van de koopovereenkomst is bepaald dat er op de datum van levering van de aandelen (7 mei 2010) een nieuwe huurovereenkomst gesloten zal worden tussen Pieke en Poen als verhuurder en [X. Mediatechniek] als huurder met betrekking tot het door [X. Mediatechniek] gebruikte deel van het bedrijfspand.
Tussen Pieke en Poen en [X. Mediatechniek] is de zojuist bedoelde huurovereenkomst op 7 mei 2010 gesloten. De huurovereenkomst is aangegaan voor een periode van vijf jaar, lopend van 1 januari 2010 tot en met 31 december 2014. In een als bijlage 1 bij de huurovereenkomst gevoegde tekening is aangegeven welke ruimtes [X. Mediatechniek] huurt (blauw gearceerd) en van welke ruimtes zij samen met [X.] Mediaverhuur gemeenschappelijk gebruik mag maken (geel gearceerd). [X.] Mediaverhuur zou het uitsluitend gebruiksrecht hebben met betrekking tot andere ruimtes in het pand (op de tekening wit gelaten).
De samenwerking tussen partijen is in de loop van de tijd verslechterd.
Foxx Holding is een gerechtelijke procedure begonnen tegen [X.] Beheer waarin Foxx Holding zich op het standpunt stelt dat zij bij het sluiten van de koopovereenkomst onjuist is geïnformeerd door [X.] Beheer over de waardering van balansposten en waarin zij schadevergoeding vordert. De partijen hebben bij het pleidooi meegedeeld dat in die procedure nog geen eindvonnis gewezen is.
Bij brief van 16 mei 2012 heeft de advocaat van [X. Mediatechniek] namens [X. Mediatechniek] en Foxx Holding aan [X.] Mediaverhuur meegedeeld dat er geen samenwerkingsovereenkomst bestaat en dat deze voor zover die wel mocht bestaan, met onmiddellijke ingang wordt ontbonden dan wel wordt opgezegd per 16 juli 2012.
Bij brief van eveneens 16 mei 2012 heeft de advocaat van [X. Mediatechniek] namens [X. Mediatechniek] aan Pieke en Poen onder meer meegedeeld dat Pieke en Poen tekort geschoten is in de nakoming van de huurovereenkomst, dat daardoor een onwerkbare situatie is ontstaan en dat dit de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt. Verder is Pieke en Poen in deze brief uitgenodigd om op korte termijn in overleg te treden over een minnelijke beëindiging van de huurovereenkomst.
De partijen hebben geen overeenstemming bereikt over een tussentijdse beëindiging van de huurovereenkomst.
[X.] Beheer heeft met [Y.] Beheer overeenstemming bereikt over een overdracht van de activa en passiva van [X.] Mediaverhuur aan een door [Y.] Beheer op te richten vennootschap. [Y.] Beheer heeft vervolgens op 5 augustus 2013 een besloten vennootschap opgericht waarvan zij alle aandelen is gaan houden. De naam van deze op 6 augustus 2013 in het handelsregister ingeschreven vennootschap is (eveneens) [X.] Mediaverhuur. Het hof zal deze vennootschap hierna aanduiden als [X.] Mediaverhuur (nieuw). In het handelsregister staat als omschrijving van de activiteiten van [X.] Mediaverhuur (nieuw) onder meer:
“Dienstverlening voor uitvoerende kunst
Verhuur, huur en lease van audio en visuele apparaten; verlenen van diensten i.v.m. het vorenstaande; handel, verkoop en koop van audio en visuele apparaten; organiseren en/of begeleiden van evenementen.”
De door [X.] Mediaverhuur gedreven onderneming is aan [X.] Mediaverhuur (nieuw) overgedragen.
Tussen Pieke en Poen en [X.] Mediaverhuur (nieuw) is een huurovereenkomst gesloten op grond waarvan Pieke en Poen aan [X.] Mediaverhuur (nieuw) de ruimtes is gaan verhuren die [X.] Mediaverhuur voorheen in gebruik had. Van de zijde van Pieke en Poen is bij gelegenheid van het pleidooi meegedeeld deze huurovereenkomst een of enkele dagen voor het pleidooi is ondertekend en dat [X.] Mediaverhuur geliquideerd zal worden.
4.2.1.In de onderhavige procedure vorderde [X. Mediatechniek] in eerste aanleg:
ontbinding van de tussen Pieke en Poen en [X. Mediatechniek] bestaande huurovereenkomst per een datum gelegen twee maanden na het te wijzen vonnis, althans per datum vonnis;
vermindering van de huurprijs tot nihil althans tot een door de rechter in goede justitie te bepalen huurbedrag vanaf 1 februari 2012 althans 8 februari 2012 tot aan de dag waarop de gebreken volledig door Pieke en Poen zijn hersteld;
veroordeling van Pieke en Poen om aan [X. Mediatechniek] de huur terug te betalen die [X. Mediatechniek] na vaststelling van de onder 2 bedoelde huurprijsvermindering te veel aan Pieke en Poen heeft betaald;
met veroordeling van Pieke en Poen in de proceskosten met de wettelijke rente daarover.
4.2.2.Aan deze vordering heeft [X. Mediatechniek] in eerste aanleg ten grondslag gelegd dat Pieke en Poen in de persoon van de heer en mevrouw [X.] op verschillende wijzen overlast voor [X. Mediatechniek] veroorzaakt. Volgens [X. Mediatechniek] is
Pieke en Poen tekortgeschoten in de nakoming van de huurovereenkomst door deze stelselmatige overlast te veroorzaken althans door daar niet tegen op te treden terwijl dat wel in haar macht ligt. Om die reden is ontbinding van de huurovereenkomst gerechtvaardigd, aldus [X. Mediatechniek]. Verder stelt zij dat vanwege het vrijwel tot nihil verminderde huurgenot bovendien een vermindering van de huurprijs tot nihil met ingang van 1 februari 2012 gerechtvaardigd is.
4.2.3.Volgens Pieke en Poen is er geen grond voor ontbinding van de huurovereenkomst of voor vermindering van de huurprijs en moet [X. Mediatechniek] de huurovereenkomst gewoon uitdienen tot 31 december 2014. Het door Pieke en Poen gevoerde verweer zal, voor zover in hoger beroep van belang, in het navolgende nader aan de orde komen.
4.3.1.In het tussenvonnis van 25 september 2012 heeft de kantonrechter een comparitie van partijen gelast.
4.3.2.In het beroepen eindvonnis van 22 januari 2013 heeft de kantonrechter, voor zover thans van belang, het volgende overwogen:
“(…) onvoldoende is aangetoond dat de verhuurder niet heeft voldaan aan zijn verplichting in gevolge artikel 7:203 BW en evenmin in voldoende mate aannemelijk wordt gemaakt dat sprake is van een gebrek als bedoeld in artikel 7:204 BW. Dat sprake is van een verstoorde verhouding tussen partijen is de kantonrechter wel duidelijk geworden tijdens de comparitie op 6 december 2012. Als het al zo is dat het gedrag van de heer en mevrouw [X.] aanleiding zou geven dit als een gebrek als bedoeld in artikel 7:203/204 te duiden dan is onvoldoende gebleken dat een deugdelijke ingebrekestelling heeft plaatsgevonden.
Tenslotte heeft eiseres pas tijdens de comparitie als blote stelling geponeerd dat [X.] Mediaverhuur B.V. concurrerende activiteiten ontplooit. De heer [X.] heeft deze stelling tijdens de comparitie uitdrukkelijk weersproken. De kantonrechter zal daarom dit punt als onvoldoende gemotiveerd passeren.”
Op grond van deze overwegingen heeft de kantonrechter de vorderingen van [X. Mediatechniek] afgewezen en [X. Mediatechniek] in de proceskosten veroordeeld.
4.4.1.[X. Mediatechniek] heeft in haar appeldagvaarding haar eis gewijzigd. Zij vordert nu:
primair:
1. ontbinding van de tussen Pieke en Poen en [X. Mediatechniek] bestaande huurovereenkomst per een datum gelegen twee maanden na het in deze zaak te wijzen arrest, althans per datum arrest;
subsidiair:
2) veroordeling van Pieke en Poen om binnen 30 dagen na betekening van het in deze zaak te wijzen arrest een einde te maken aan alle (concurrerende en overlast veroorzakende) activiteiten door [X.] Mediaverhuur vanuit de ruimte die door Pieke en Poen aan [X.] Mediaverhuur wordt verhuurd, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,-- per dag;
primair en subsidiair:
3. vermindering van de huurprijs tot nihil althans tot een door de rechter in goede justitie te bepalen huurbedrag vanaf 1 februari 2012 althans 8 februari 2012 tot aan de dag waarop de gebreken volledig door Pieke en Poen zijn hersteld;
4. veroordeling van Pieke en Poen om aan [X. Mediatechniek] de huur terug te betalen die [X. Mediatechniek] na vaststelling van de onder 2 (hof: kennelijk is bedoeld 3) bedoelde huurprijsvermindering te veel aan Pieke en Poen heeft betaald;
met veroordeling van Pieke en Poen in de proceskosten en de nakosten vermeerderd met wettelijke rente.
4.4.2.Pieke en Poen heeft niet op de voet van artikel 130 Rv bezwaar gemaakt tegen de eiswijziging. Het hof acht de eiswijziging toelaatbaar en zal dus verder van de gewijzigde eis uitgaan. Na de bespreking van de grieven zal blijken in hoeverre de gewijzigde eis toewijsbaar is.