Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.MR Expeditie BV,gevestigd te [vestigingsplaats],
2.[geintimeerde 2.],wonende te [vestigingsplaats],
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknr. 277760 CV EXPL 10-2625)
2.Het geding in hoger beroep
3.De gronden van het hoger beroep
4.De beoordeling
te entamerenprocedure tegen [geintimeerde 2.], terwijl de procedure tegen [geintimeerde 2.] reeds aanhangig was. Voorts betwist MR Expeditie dat [appellant] ten tijde van de onderhandelingen die tot het onderhavige proces-verbaal hebben geleid zou hebben aangegeven niet in enige zaak tegen [geintimeerde 2.] betrokken te willen worden.
of[gevolmachtigde] deze regeling mede namens MR Expeditie is overeengekomen, althans of [appellant] dit gegeven de aan de orde zijnde gedragingen en verklaringen over en weer redelijkerwijze mocht verwachten. Anders dan MR Expeditie heeft betoogd is de tekstuele uitleg niet (uitsluitend) bepalend: ook ten aanzien van een in een proces-verbaal opgenomen vaststellingsovereenkomst geldt de Haviltex-maatstaf (zie HR 29 juni 2007, LJN: BA4909).