Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[voor- en achternaam verdachte]
- bepleit dat verdachte van het onder 1. primair ten laste gelegde wordt vrijgesproken;
- ter zake van de bewezenverklaring van de onder 1. subsidiair, 2 en 3 ten laste gelegde feiten zich gerefereerd aan het oordeel van het hof;
- zich op het standpunt gesteld dat dient te worden volstaan met hooguit een straf gelijk aan de duur van het voorarrest en dat ten aanzien van verdachte niet de maatregel TBS met dwangverpleging wordt gelast, althans niet van ongemaximeerde duur;
- zich het standpunt gesteld dat op het beslag wordt besloten overeenkomstig de beslissingen van de rechter in eerste aanleg.
hij op of omstreeks 06 januari 2012 op de Boerhaavelaan, althans op een openbare weg, te Roosendaal met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen drie, althans een of meer dozen inhoudende latex handschoenen en/of vijf, althans een of meer dozen inhoudende batterijen en/of een bundel tie-wraps, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het Franciscus Ziekenhuis, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [het slachtoffer A], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, een schot (in de lucht) heeft afgevuurd en/of die Wentzel dreigend heeft toegevoegd: “Ik schiet je kapot godverdomme, ik ga nu weg”, althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking;
hij op of omstreeks 06 januari 2012 te Roosendaal [het slachtoffer A] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, een schot gelost en/of (daarbij) deze dreigend de woorden toegevoegd: “Ik schiet je kapot godverdomme, ik ga nu weg”, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op of omstreeks 06 januari 2012 te Roosendaal een wapen, zijnde een gas- of alarmpistool van categorie III en/of bijbehorende munitie van categorie III voorhanden heeft gehad;
hij op of omstreeks 23 maart 2012 te Roosendaal een spuitbusje (met o.a als opschriften: “Walther Prosecur, High perfomance Pfeffer Spray, enthalt 10% Oleoresin Capsicum, inhalt 74 ml, haltbar bis 03.2016)”, zijnde een voorwerp bestemd voor het treffen van personen met (een) giftige en/of verstikkende en/of weerloosmakende en/of traanverwekkende stof(fen) van de categorie II, onder 6°, voorhanden heeft gehad.
nietde eigenaar van deze goederen was.
hij op 6 januari 2012 te Roosendaal [het slachtoffer A] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht immers heeft verdachte opzettelijk dreigend met een op een vuurwapen gelijkend voorwerp een schot gelost en deze dreigend de woorden toegevoegd: “Ik schiet je kapot godverdomme ik ga nu weg”.
hij op 6 januari 2012 te Roosendaal een wapen, zijnde een gas- of alarmpistool van categorie III en bijbehorende munitie van categorie III voorhanden heeft gehad;
hij op 23 maart 2012 te Roosendaal een spuitbusje (met o.a als opschriften: “Walther Prosecur, High perfomance Pfeffer Spray, enthalt 10% Oleoresin Capsicum, inhalt 74 ml, haltbar bis 03.2016)”, zijnde een voorwerp bestemd voor het treffen van personen met een traanverwekkende stof van de categorie II, onder 6°, voorhanden heeft gehad.
en
Handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
- de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd;
- het feit dat de onder 1. subsidiair bewezen verklaarde bedreiging, gelet op de daarbij geuite bewoordingen, te weten “Ik schiet je kapot godverdomme (…)”, was gericht tegen het leven van het slachtoffer;
- het gewelddadig karakter en de ernst van genoemde bedreiging, in het bijzonder het feit dat deze bedreiging gepaard is gegaan met het tonen van een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, te weten gas- of alarmpistool, waarbij verdachte vervolgens met dit pistool in de lucht heeft geschoten;
- de omstandigheid dat zowel het onder 2. als het onder 3. bewezen verklaarde feit gaat om overtreding van de Wet wapens en munitie.
- de inhoud van het hem betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d.
- het ten aanzien van verdachte opgestelde deskundigenrapport Pro Justitia van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie, locatie: Pieter Baan Centrum, d.d. 21 september 2012, opgemaakt door [psychiater Y], [GZ-psycholoog X], en [klinisch psycholoog Z], waaruit onder meer naar voren komt dat verdachte als verminderd toerekeningsvatbaar moeten worden beschouwd;
- de persoonlijke omstandigheden van verdachte, voor zover daarvan ter terechtzitting in hoger beroep is gebleken.
Thans meent het hof een meer beperkte uitleg te moeten geven aan dat begrip, in die zin, dat het in zijn algemeen van oordeel is, dat voor het aannemen van een misdrijf als hier bedoeld vereist is, dat een dreigende uiting voorafgegaan, vergezeld, of gevolgd wordt door niet-verbaal handelen dat naar zijn aard agressief is jegens de bedreigde; gedacht wordt bijvoorbeeld aan het tonen van een wapen of het met een auto inrijden op een persoon.
Aan de aannemelijkheid van uitvoering van het misdrijf waarmee werd gedreigd wenst het hof op grond van zijn interpretatie van de parlementaire geschiedenis in zijn algemeenheid geen betekenis meer toe te kennen, omdat een dergelijke inschatting niet of nauwelijks (alsnog) gemaakt kan worden op basis van objectief vast te stellen feiten en omstandigheden. Het kan niet meer zijn dan een verwachting van wat er verder (na de bedreiging) wellicht had kunnen gebeuren.”
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
10 (tien) maanden.
ter beschikking wordt gestelden beveelt dat hij van overheidswege zal worden verpleegd.
onttrekking aan het verkeervan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 2.00 STK Sirene: Kl: rood, met zwarte hoorns, made in Italy, voorwerp 728046;
- 1.00 STK Sirene Kl: grijs, voorwerp 728048;
- 1.00 STK Gereedschap Kl: zwart, Praxis, breekijzer of koevoet, voorwerp 728060;
- 1.00 STK Pijp Kl: zwart, ijzer, 11m diam 3cm, voorwerp 728067;
- 1.00 STK Knipmes Kl: zwart, Walther 440SS, voorwerp 719589;
- 1.00 STK Wapen, Pepperspray 2885397, voorwerp 719590.
teruggaveaan verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 2.00 STK Schoeisel Kl: meerkleur, Gola, maat 44, voorwerp 671190;
- 2.00 STK Schoeisel Kl: zwart, voorwerp 671520;
- 2.00 STK Cd-Rom, opname beelden, voorwerp 671525.