ECLI:NL:GHSHE:2012:BX9913
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- O.G.H. Milar
- C.N.M. Antens
- A.J. Coster
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens te late indiening
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 10 oktober 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep. De appellant, vertegenwoordigd door mr. M.J.A.M. Tonnaer, had hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van de rechtbank Maastricht van 27 februari 2012. De advocaat van de appellant stelde dat het beroepschrift op 24 mei 2012 was verzonden, maar het hof constateerde dat het beroepschrift pas op 31 mei 2012 ter griffie was ingekomen. Dit was na het verstrijken van de beroepstermijn, die op 29 mei 2012 eindigde. Het hof oordeelde dat de appellant niet-ontvankelijk was in zijn verzoek in hoger beroep, omdat hij niet voldoende concrete feiten had aangedragen om aan te tonen dat het beroepschrift tijdig was verzonden en ontvangen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 26 september 2012 werd duidelijk dat de zending van het beroepschrift gevolgd kon worden via het Track & Trace-systeem van PostNL. De advocaat van de appellant verklaarde dat het beroepschrift om 8.10 uur in de postbus van het gerechtshof was bezorgd. Het hof volgde de stelling van de appellant niet, omdat de ontvangst van het beroepschrift op 31 mei 2012 als het relevante moment werd beschouwd. Het hof benadrukte dat, zelfs als de vertraging aan PostNL te wijten was, dit voor rekening en risico van de appellant kwam.
De beslissing van het hof was duidelijk: de appellant werd niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep, omdat hij niet tijdig had ingediend. Dit leidde tot de conclusie dat de vraag naar de postbusovereenkomst niet relevant was, aangezien de termijn voor het indienen van het beroepschrift al was verstreken. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door de rechters O.G.H. Milar, C.N.M. Antens en A.J. Coster.