ECLI:NL:GHSHE:2012:BX8036
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- N.J.M. van Etten
- B.A. Meulenbroek
- W.H.B. den Hartog Jager
- Rechtspraak.nl
Uitleg voorkeursrecht van koop voormalige echtelijke woning in echtscheidingsconvenant
In deze zaak gaat het om de uitleg van het voorkeursrecht van koop van de voormalige echtelijke woning, zoals vastgelegd in een echtscheidingsconvenant tussen de man en de vrouw. De man en de vrouw waren van 29 januari 1965 tot 22 juni 1995 gehuwd in algehele gemeenschap van goederen en hebben zes kinderen, waaronder een meerderjarige zoon. In 1995, in het kader van hun echtscheiding, sloten zij een convenant waarin de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap werd geregeld. De vrouw kreeg de voormalige echtelijke woning toegewezen, terwijl de man het weiland achter de woning kreeg. De vrouw was verplicht om de woning aan de man aan te bieden als zij deze zou verkopen, tenzij zij deze aan een van hun kinderen kon verkopen met behoud van gebruiksrecht.
In april 2010 verliet de vrouw de woning en verkocht deze aan hun meerderjarige zoon voor € 126.000,-. De man stelde dat de vrouw in strijd had gehandeld met het convenant door de woning te verkopen zonder hem de kans te geven deze te kopen. De rechtbank wees de vorderingen van de man af, maar gaf hem in reconventie gelijk door het beslag op de woning op te heffen. De man ging in hoger beroep tegen deze uitspraak.
Het hof oordeelde dat de vrouw niet in strijd had gehandeld met het convenant. Het hof concludeerde dat de vrouw, ondanks de intenties die in 1995 waren uitgesproken, haar omstandigheden had veranderd en dat de verkoop aan de zoon niet onrechtmatig was. De vrouw had redelijke voorstellen gedaan aan de man om de woning te kopen, maar de man had deze niet geaccepteerd. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en compenseerde de proceskosten, zodat iedere partij zijn eigen kosten droeg.