ECLI:NL:GHSHE:2011:BX6021
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- A.P. Zweers-van Vollenhoven
- C.A.M. Walsteijn
- J.Ch. Koster-Vaags
- Rechtspraak.nl
Kennelijk onredelijk ontslag en bewijslevering in hoger beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Roermond, waarin de appellant, [X.], een kennelijk onredelijk ontslag aanvecht. De appellant, vertegenwoordigd door mr. P.J.G. Goumans, heeft in de procedure bewijs geleverd door zichzelf en drie getuigen te horen. De geïntimeerde, [Motoren] MOTOREN B.V., vertegenwoordigd door mr. M. Bruins, heeft afgezien van contra-enquête. De appellant stelt dat er afspraken zijn gemaakt over een vergoeding bij ontslag, maar het hof oordeelt dat zijn verklaringen te vaag zijn en onvoldoende bewijs opleveren. Het hof concludeert dat de appellant niet geslaagd is in het leveren van bewijs dat de geïntimeerde zich verbonden heeft tot het betalen van een vergoeding bij ontslag.
De appellant heeft ook de opzegging van zijn arbeidsovereenkomst betwist, stellende dat deze is geschied onder opgave van een voorgewende of valse reden. Hij betoogt dat zijn functie en die van een collega, [medewerker B.], onderling uitwisselbaar waren, maar het hof oordeelt dat de geïntimeerde voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat dit niet het geval is. De appellant wordt toegelaten om feiten en omstandigheden te bewijzen die de conclusie rechtvaardigen dat de functies onderling uitwisselbaar waren. Het hof houdt iedere verdere beslissing aan en verwijst de zaak naar de rol voor opgave van getuigen en verhinderdata.
De uitspraak van het hof benadrukt het belang van bewijs in arbeidszaken en de noodzaak voor de appellant om zijn stellingen te onderbouwen. Het hof zal in een later stadium van de procedure de hoogte van de schadevergoeding beoordelen, indien de appellant in zijn bewijs slaagt.