a. Bij alle gepleegde inbraken (A1, A5, A8, A14, A19, A22, A25, A28, A32, A36), is door middel van het boren van gaatjes in het kozijn van een raam of deur en kennelijk door het steken van een voorwerp door deze gaatjes ten einde het raam of de deur te openen, toegang verkregen tot de woning. Alle geboorde gaatjes hadden een doorsnede van ongeveer 10 millimeter. Bij de aanhouding van verdachte zijn in zijn kleding een nieuwe boor met een diameter van 10 millimeter, een zaklampje, een tangetje, een stuk ijzer/beugel, een wringijzer en een boor aangetroffen. (A3) Deze gereedschappen zijn zeer geschikt voor het verkrijgen van toegang tot woningen op de wijze als bij de ten laste gelegde inbraken is geschied en passen derhalve zeer goed in de hiervoor beschreven modus operandi.
b. Verdachte had bij zijn aanhouding op 17 november 2010 een jas aan die op 12 november 2010 gestolen is uit de woning [adres] te [woonplaats] (feit 7, A3 en A27). Verdachte heeft geen geloofwaardige verklaring gegeven voor het feit dat hij deze gestolen jas droeg.
c. Verdachte had bij zijn aanhouding op 17 november 2010 in zijn jaszak een Esprithorloge dat op 16 november 2010 gestolen is uit de woning aan de [adres] te
[woonplaats] (feit 1, A3 en A7). Verdachte heeft geen geloofwaardige verklaring gegeven voor het feit dat hij dit gestolen horloge in zijn zak had zitten.
d. Verdachte werd op 17 november 2010 aangetroffen in een auto (Toyota Yaris), in eigendom van [benadeelde], die op 16 november 2010 gestolen is bij de woning aan de [adres] te [woonplaats]. (feit 1, A1 en A2) Verdachte heeft geen geloofwaardige verklaring gegeven voor het feit dat hij in deze gestolen auto reed. De verklaring van verdachte dat hij de auto moest wegbrengen voor een kennis is op geen enkele wijze aannemelijk geworden.
e. In de Audi A4 die op 9 juni 2010 is gestolen bij de woning aan de [adres] te [woonplaats] (feit 2, A8) wordt de telefoon van verdachte (ingeschakeld op de laadsnoer) aangetroffen. Het aangetroffen DNA-materiaal op het stuur en de versnellingspook van deze auto matcht met verdachte. (A11, A12, A13). Verdachte heeft geen geloofwaardige verklaring gegeven voor het feit dat hij deze gestolen auto heeft gereden. De verklaring dat hij zijn telefoon al lange tijd kwijt was, acht het hof gelet op de in het geheugen van de telefoon aangetroffen foto’s en het feit dat de telefoon ingeschakeld was op de laadsnoer volstrekt onaannemelijk.
f. Het aangetroffen DNA-materiaal op de versnellingspook van de Volvo die op
19 juni 2010 gestolen is bij de woning aan de [adres] te [woonplaats] matcht met verdachte. (feit 3, A14, A18). Verdachte heeft geen geloofwaardige verklaring gegeven voor het feit dat zijn DNA in de auto is aangetroffen. Het schoenspoor dat is aangetroffen bij deze inbraak komt overeen met het schoenspoor dat is aangetroffen bij de inbraak gepleegd op 6 juli 2010 aan de [adres] te [woonplaats] (feit 5) en de inbraak gepleegd op 12 november 2010 aan de [adres] te [woonplaats] (feit 7).
g. Bij de inbraak die op 6 juli 2010 wordt gepleegd in de woning aan de [adres] te [woonplaats] wordt (onder meer) een flesje Bavaria gestolen dat naast de woning wordt aangetroffen. Op dit flesje wordt DNA aangetroffen dat matcht met het DNA van verdachte. (feit 5, A19, A21) Verdachte heeft geen geloofwaardige verklaring gegeven voor het feit dat er een bierflesje met zijn DNA is aangetroffen bij deze woning. Zoals hiervoor weergegeven wordt er een schoenspoor aangetroffen dat overeenkomt met inbraken gepleegd op 19 juni 2010 en 12 november 2010 (feiten 3 en 7). In dezelfde nacht wordt in de woning aan de
[adres] te [woonplaats], welke woning vlakbij de woning aan de [adres] te [woonplaats] is gelegen, ingebroken. (feit 5, A22, A23, A24)
h. In dezelfde nacht (12 november 2010) dat wordt ingebroken in de woning aan de
[adres] te [woonplaats] waarbij de jas wordt gestolen waarin verdachte is aangetroffen, wordt ingebroken in de woning aan de [adres] te [woonplaats] en wordt de bij de woning geparkeerde Volkwagen Touareg gestolen. Op het stuur van deze Touareg wordt DNA-materiaal aangetroffen dat matcht met het DNA-profiel van verdachte. (feit 7, A28, A31) Verdachte heeft hiervoor geen geloofwaardige verklaring kunnen geven. Bij deze inbraak wordt zoals hiervoor weergegeven ook weer hetzelfde schoenspoor aangetroffen.
i. In de nacht van 6 november 2010 en de nacht van 9 november 2010 worden inbraken gepleegd op respectievelijk de adressen [adres] te [woonplaats] en [adres] te [woonplaats] (feiten 8 en 9, A32, A36) In de auto’s die hierbij gestolen zijn (Audi A4 en Ford Fusion) wordt op het stuur DNA-materiaal aangetroffen dat matcht met het DNA-profiel van verdachte. (A35, A39)