ECLI:NL:GHSHE:2011:BU7839
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- J.Th. Begheyn
- S.M.A.M. Venhuizen
- M.J. van Laarhoven
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid inzake geschil tussen studenten en Hogeschool Zuyd met betrekking tot de wijziging van de WHW
In deze zaak gaat het om een geschil tussen de Stichting Hogeschool Zuyd en een groep studenten van de Hogere Hotelschool Maastricht, die onderdeel uitmaakt van Hogeschool Zuyd. De studenten hebben in eerste aanleg bij dagvaarding van 20 mei 2010 een vordering ingesteld tot terugbetaling van door hen betaalde bedragen voor stage en voedingspractica, die zij als onverschuldigd beschouwen. Hogeschool Zuyd heeft in eerste instantie een exceptie van onbevoegdheid ingediend, stellende dat het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs exclusief bevoegd was om dit geschil te behandelen. De kantonrechter heeft echter in een tussenvonnis van 15 december 2010 geoordeeld dat hij bevoegd was om van het geschil kennis te nemen, omdat de studenten zich beroepen op de nietigheid van een privaatrechtelijke rechtshandeling, namelijk het besluit van Hogeschool Zuyd om hen een aanvullende bijdrage in rekening te brengen.
Het hof heeft in hoger beroep de bevoegdheid van de burgerlijke rechter bevestigd. Het hof overweegt dat de wijziging van de WHW per 1 september 2010 heeft geleid tot een situatie waarin studenten de keuze hebben om hun geschil voor te leggen aan de burgerlijke rechter in plaats van het college van beroep. Het hof wijst erop dat Hogeschool Zuyd zich niet kan beroepen op niet-ontvankelijkheid van de studenten, omdat het college van beroep niet meer bij uitsluiting bevoegd is om dit geschil te behandelen. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt Hogeschool Zuyd in de kosten van het geding in hoger beroep.