ECLI:NL:GHSHE:2011:BU7304
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- C.E.M. Renckens
- E.L. Schaafsma-Beversluis
- H.J.M. van Arkel-van Gasselt
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep alimentatie en draagkracht in echtscheidingszaak
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake de alimentatieverplichting van de vrouw jegens de man na hun echtscheiding. De rechtbank 's-Hertogenbosch had op 23 februari 2011 bepaald dat de vrouw een maandelijkse bijdrage van € 875,- aan de man moest betalen, met ingang van de datum waarop de echtscheidingsbeschikking was ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand, te weten 7 april 2011. De vrouw was het niet eens met deze beslissing en heeft hoger beroep ingesteld. Tijdens de mondelinge behandeling op 1 november 2011 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De vrouw betwist de behoeftigheid van de man en stelt dat hij in zijn eigen levensonderhoud kan voorzien. De man, die een eigen onderneming heeft, heeft echter aangetoond dat hij momenteel niet in staat is om in zijn eigen levensonderhoud te voorzien door de economische crisis die zijn bedrijf heeft getroffen.
Het hof heeft de financiële situatie van beide partijen zorgvuldig beoordeeld. De vrouw heeft een fiscaal inkomen van ongeveer € 61.416,-, maar haar draagkracht wordt beïnvloed door de kosten van de kinderen, die zij volledig voor haar rekening neemt. Het hof heeft vastgesteld dat de kosten van de kinderen in 2011 € 1.079,26 per maand bedragen. Na aftrek van deze kosten en andere lasten, heeft de vrouw een beperkte draagkrachtruimte over. Het hof concludeert dat de vrouw in staat is om de door de rechtbank vastgestelde alimentatie te betalen, maar dat dit de grens van haar draagkracht overschrijdt.
Uiteindelijk heeft het hof de beschikking van de rechtbank bekrachtigd, waarbij de vrouw verplicht blijft om de alimentatie van € 875,- per maand te betalen. Het hof heeft geen aanleiding gezien om de termijn van de alimentatieverplichting te beperken, zoals de vrouw had verzocht. De beslissing van het hof is openbaar uitgesproken op 6 december 2011.