ECLI:NL:GHSHE:2011:BQ7945
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- J.A.M. van Schaik-Veltman
- H.A.G. Fikkers
- S.M.A.M. Venhuizen
- Rechtspraak.nl
Ontslag van instantie wegens niet tijdige betaling griffierecht in hoger beroep
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, hebben appellanten, bestaande uit [X.], [Y.] en [Z.], hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank 's-Hertogenbosch. Het hoger beroep werd ingeleid met een exploot van dagvaarding op 22 februari 2011. De zaak betreft de niet tijdige betaling van het griffierecht door appellanten, wat hen in de gelegenheid stelde om zich uit te laten over de vraag of het verlenen van ontslag van instantie, gezien het belang bij toegang tot de rechter, zou leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard, zoals bedoeld in artikel 127a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).
Het hof heeft vastgesteld dat appellanten het griffierecht niet tijdig hebben voldaan, aangezien de betaling pas op 6 april 2011 is gedaan, terwijl de uiterste datum 5 april 2011 was. Volgens de wet dient de rechter in beginsel ontslag van instantie uit te spreken indien het griffierecht niet tijdig is voldaan. Echter, de rechter kan afzien van deze sanctie als er sprake is van een onbillijkheid van overwegende aard.
Appellanten zijn in de gelegenheid gesteld om hun standpunt over deze kwestie kenbaar te maken. Het hof heeft de zaak naar de rol van 12 juli 2011 verwezen voor een akte van appellanten, waarbij zij hun standpunt over de onbillijkheid van de sanctie kunnen toelichten. De verdere beslissing is aangehouden, wat betekent dat het hof nog niet definitief heeft geoordeeld over de zaak.
Deze uitspraak benadrukt het belang van tijdige betaling van griffierechten en de mogelijkheden voor partijen om in uitzonderlijke gevallen een beroep te doen op de rechter om van de wettelijke sanctie af te zien.