ECLI:NL:GHSHE:2011:BQ0008
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. van Teeffelen
- A. Koens
- M. van Arkel-van Gasselt
- Rechtspraak.nl
Bijdrage jongmeerderjarige in echtscheidingsconvenant en onderhoudsplicht
In deze zaak gaat het om de onderhoudsbijdrage die de vader aan zijn dochter moet betalen, zoals vastgelegd in het echtscheidingsconvenant. De vader, appellant, heeft in hoger beroep de beslissing van de rechtbank Maastricht aangevochten, waarin werd bepaald dat hij een maandelijkse bijdrage van € 385,-- aan zijn dochter moet betalen zolang zij behoefte heeft aan deze bijdrage. De mondelinge behandeling vond plaats op 23 februari 2011, waarbij zowel de vader als de dochter, bijgestaan door hun advocaten, hun standpunten hebben toegelicht.
De vader stelt dat de rechtbank ten onrechte heeft aangenomen dat het de bedoeling van de ouders was om een derdenbeding op te nemen in het convenant. Hij betoogt dat de wettelijke onderhoudsverplichting voor een jongmeerderjarige expliciet in het convenant had moeten worden opgenomen. De vader is van mening dat de dochter geen recht heeft op de onderhoudsbijdrage, omdat zij in staat is om zelf in haar onderhoud te voorzien. Hij wijst erop dat de dochter geen bewijs heeft geleverd voor haar stelling dat de ouders haar financieel wilden ondersteunen tijdens haar studie.
De dochter daarentegen stelt dat het convenant duidelijk aangeeft dat de vader verplicht is om bij te dragen aan haar kosten van levensonderhoud en studie. Zij benadrukt dat er geen einddatum in het convenant is opgenomen en dat haar behoefte aan de bijdrage nog steeds bestaat. De dochter wijst erop dat zij een jaar studietijd heeft verloren door een verkeerde studiekeuze en ziekte, en dat dit niet ten koste van haar financiële ondersteuning mag komen.
Het hof oordeelt dat de vader zich verplicht heeft om een onderhoudsbijdrage te betalen aan de dochter, zoals vastgelegd in het convenant. Het hof vernietigt de beschikking van de rechtbank voor zover deze bepaalt dat de vader ook na de huidige hbo-opleiding van de dochter verplicht is om bij te dragen aan haar masterstudie. De vader is verplicht om de bijdrage te blijven betalen tot 1 juli 2011, met een mogelijke uitloop tot 1 januari 2012, afhankelijk van de situatie van de dochter.