ECLI:NL:GHSHE:2011:BP7391
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. Brants
- J. Lamers
- A. Bogaerts-Tholen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing van een minderjarige
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de moeder van de minderjarige [Z.], die sinds 6 april 2004 onder toezicht staat en sinds oktober 2006 in een pleeggezin verblijft. De moeder heeft in hoger beroep de beschikking van de rechtbank Breda van 9 september 2010 aangevochten, waarin de machtiging tot uithuisplaatsing van [Z.] is verlengd tot 20 maart 2011. De mondelinge behandeling vond plaats op 25 januari 2011, waarbij de moeder, de vader, de stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant en de pleegmoeder aanwezig waren.
De moeder stelt dat er nog steeds mogelijkheden zijn voor een thuisplaatsing van [Z.] en dat er een breed onderzoek moet worden verricht door de organisatie “De Bocht”. Ze betwist de conclusies van het onderzoek dat door het Ambulatorium is uitgevoerd, waaruit blijkt dat terugplaatsing van [Z.] bij haar niet wenselijk is. De stichting daarentegen verdedigt het standpunt dat het onderzoek door het Ambulatorium adequaat is geweest en dat de pedagogische vaardigheden van de moeder onvoldoende zijn om [Z.] veilig thuis te kunnen plaatsen.
Het hof heeft de argumenten van beide partijen overwogen en is tot de conclusie gekomen dat het onderzoek door het Ambulatorium grondig en neutraal is uitgevoerd. Het hof heeft vastgesteld dat de moeder niet voldoende heeft aangetoond dat er noodzaak is voor een aanvullend onderzoek door “De Bocht”. Bovendien is het hof van mening dat het belang van [Z.] niet gediend is met een langdurige onderbreking van zijn huidige situatie in het pleeggezin. Het hof bekrachtigt daarom de beschikking van de rechtbank Breda, waarmee de machtiging tot uithuisplaatsing is verlengd.