ECLI:NL:GHSHE:2010:BL5480
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- H.D. Bergkotte
- A.J.M. van Gink
- W.J. Kolkert
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in drugszaken met betrekking tot de Opiumwet
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, is op 11 februari 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Maastricht. De verdachte, geboren in 1985 en zonder vaste woon- of verblijfplaats, was beschuldigd van het opzettelijk verkopen, afleveren en/of verstrekken van cocaïne, alsook het bewegen van anderen tot deze handelingen. De advocaat-generaal had gerequireerd tot bewezenverklaring van de tenlastelegging, maar het hof kwam tot een andere conclusie.
Het hof oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de beschuldigingen. De verdachte zou geprobeerd hebben om politieambtenaren te bewegen cocaïne te verkopen, maar het hof stelde vast dat er geen bewijs in het dossier aanwezig was om deze beschuldiging te ondersteunen. Ook voor de andere tenlasteleggingen, zoals het buiten het grondgebied van Nederland brengen van cocaïne, ontbrak het aan bewijs. Het hof merkte op dat er wel aanwijzingen waren dat de verdachte in het Frans met de politieambtenaren had gesproken, maar dit was niet voldoende om tot een veroordeling te komen.
Uiteindelijk besloot het hof het vonnis van de eerste rechter te vernietigen en sprak de verdachte vrij van alle tenlasteleggingen. De uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs in strafzaken en de rol van de rechter in het waarborgen van een eerlijk proces. De beslissing werd genomen na een zorgvuldige afweging van de ingediende vorderingen en de verdediging van de verdachte.