ECLI:NL:GHSHE:2009:BK9072
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Raadkamer
- A.R.O. Mooy
- J.A. van Zon
- M.A.M. Wagemakers
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beklag inzake het onttrekken van een minderjarige aan het gezag
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 29 september 2009 uitspraak gedaan over een beklag ex artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering. Klager had aangifte gedaan van het onttrekken van zijn minderjarige zoon aan het gezag van de andere ouder, beklaagde. De feiten zijn als volgt: op 6 april 2008 heeft klager geprobeerd zijn zoon op te halen bij beklaagde in het kader van een omgangsregeling, maar beklaagde heeft dit geweigerd. Klager stelde dat dit een schending was van artikel 279 van het Wetboek van Strafrecht, dat het onttrekken van een minderjarige aan het wettig gezag strafbaar stelt. De officier van justitie te Breda had echter besloten niet tot vervolging over te gaan, omdat de zaak op het moment van het feit nog in behandeling was bij de rechtbank.
Klager heeft hierop een klaagschrift ingediend bij het hof, dat op 8 september 2008 is ingekomen. De advocaat-generaal heeft in een schriftelijk verslag van 4 november 2008 geadviseerd het beklag af te wijzen. Het hof heeft de behandeling van het klaagschrift meerdere keren aangehouden om rapportages van Tender en de Raad voor de Kinderbescherming te ontvangen. Uiteindelijk heeft het hof op basis van deze rapportages en de verklaringen van klager en beklaagde geoordeeld dat de gedragingen van beklaagde niet kunnen worden gekwalificeerd als het onttrekken van een minderjarige aan het wettig gezag.
Het hof heeft vastgesteld dat het ouderlijk gezag verder reikt dan alleen het recht op omgang en dat het niet naleven van een omgangsregeling niet automatisch betekent dat er een inbreuk is op het gezag. De beslissing van het hof was om het beklag af te wijzen, omdat beklaagde zich niet schuldig had gemaakt aan enig strafbaar feit. De uitspraak werd gedaan door mr. A.R.O. Mooy als voorzitter, met mrs. J.A. van Zon en M.A.M. Wagemakers als raadsheren, in aanwezigheid van mw. B.A.C. Volkerts als griffier.