ECLI:NL:GHSHE:2009:BK6601
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Verzoek om schadevergoeding ex artikel 591a Wetboek van Strafvordering
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 1 december 2009 uitspraak gedaan over een verzoek om schadevergoeding op basis van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering. Het verzoek was ingediend door een gewezen verdachte die verzocht om een vergoeding uit 's Rijks kas voor de kosten van rechtsbijstand. De advocaat-generaal had geconcludeerd tot gedeeltelijke toewijzing van het verzoek. Het hof heeft vastgesteld dat de strafzaak tegen de verzoeker was geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel, en dat de verzoeker recht had op rechtsbijstand. De opgegeven kosten voor de rechtsbijstand werden voldoende onderbouwd en het hof oordeelde dat deze kosten niet als bovenmatig konden worden aangemerkt.
De raadsvrouw van de verzoeker had verzocht om een hogere vergoeding voor het indienen van het verzoekschrift en de mondelinge behandeling, maar het hof oordeelde dat de omstandigheden die door de raadsvrouw waren aangevoerd niet voldoende waren om een hogere vergoeding dan het forfaitaire bedrag toe te kennen. Het hof heeft uiteindelijk een vergoeding van EUR 1.665,05 toegekend, maar het meer of anders verzochte werd afgewezen. De voorzitter van het hof heeft de tenuitvoerlegging van deze beslissing bevolen en gelast dat het bedrag binnen zes weken aan de raadsman van de verzoeker zou worden betaald.