ECLI:NL:GHSHE:2009:BH9907

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
2 april 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
20-001133-08
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake opzetheling van personenauto's en autoradio

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 2 april 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank 's-Hertogenbosch. De verdachte was eerder veroordeeld voor opzetheling en had hoger beroep ingesteld tegen deze veroordeling. De zaak betreft de verwerving van twee personenauto's en een autoradio, waarvan de verdachte wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat deze door misdrijf verkregen waren. Het hof oordeelde dat de verdachte, gezien zijn eerdere veroordeling, een gewaarschuwd man was en dat hij de aanmerkelijke kans had aanvaard dat de goederen van misdrijf afkomstig waren. De verdachte had verklaard dat hij de auto’s en de autoradio van een onbekende man had gekocht, maar het hof achtte deze verklaring niet geloofwaardig. De benadeelde partijen, die schadevergoeding hadden gevorderd, werden niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen, omdat niet voldoende was aangetoond dat de schade rechtstreeks door de verdachte was veroorzaakt. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en legde een taakstraf op van 120 uren, met een voorwaardelijke gevangenisstraf van één maand. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 63 en 416 van het Wetboek van Strafrecht.

Uitspraak

Parketnummer : 20-001133-08
Uitspraak : 2 april 2009
TEGENSPRAAK
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank 's-Hertogenbosch van 20 maart 2008 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 01/820725-07 en 01/831096-07, tegen:
[verdachte],
geboren te Eindhoven op [1970],
wonende te [woonplaats], [adres],
waarbij verdachte ter zake van “Opzetheling” (parketnummer 01/820725-07 feit 1), “Opzetheling” (parketnummer 01/820725-07 feit 2) en “Schuldheling” (parketnummer 01/831096-07) werd veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden, met aftrek van voorarrest, en waarbij de vorderingen van de benadeelde partijen [benadeelde 1] en [benadeelde 2] geheel werden toegewezen, met oplegging van de maatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht.
Hoger beroep
De verdachte heeft tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het beroepen vonnis zal bevestigen.
Vonnis waarvan beroep
Het beroepen vonnis zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere bewezenverklaring komt dan de eerste rechter.
Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
parketnummer 01/820725-07
1.
hij op of omstreeks 24 oktober 2006 te Nuenen, gemeente Nuenen Ca, in elk geval in Nederland, een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, gekentekend [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die personenauto wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 24 oktober 2006 te Nuenen, gemeente Nuenen Ca, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto (merk Volkswagen, type Golf gekentekend [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en/of de/het
weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking, te weten het forceren van een portierslot en/of het contactslot van voornoemde personenauto, en/of inklimming;
2.
hij op of omstreeks 24 oktober 2006 te Nuenen, gemeente Nuenen Ca, in elk geval in Nederland, een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, gekentekend [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die personenauto wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 24 oktober 2006 te Veldhoven met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, gekentekend [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn
bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking, te weten het forceren van een portierslot en/of het contactslot van voornoemde personenauto, en/of inklimming;
parketnummer 01/831096-07
hij in of omstreeks de periode van 22 juni 2007 tot en met 25 juni 2007 te Eindhoven, in elk geval in Nederland, velgen en/of banden en/of een autoradio heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die velgen en/of banden en/of autoradio wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Door het hof vastgestelde feiten
Op basis van het verhandelde ter terechtzitting in hoger beroep stelt het hof de navolgende feiten vast:
Ten aanzien van parketnummer 01/820725-07:
- Op 24 oktober 2006 is tussen 09:15 uur en 19:50 uur een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, gekentekend [kenteken]), welke personenauto toebehoorde aan [benadeelde 1], gestolen;
- Voorts is op 24 oktober 2006 tussen 19:00 uur en 21:30 uur een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, gekentekend [kenteken]), welke personenauto toebehoorde aan [benadeelde 2], gestolen;
- Op 24 oktober 2006 omstreeks 22:46 uur zijn de voornoemde personenauto’s aangetroffen op het bedrijfsterrein van verdachte te Nuenen, gemeente Nuenen Ca, waarop verdachte is aangehouden;
- Verdachte heeft verklaard dat op 24 oktober 2006 tussen 19:30 uur en 20:00 uur een man die zich Frank noemde - van wie hij de achternaam niet weet - in een Volkswagen Golf het terrein van zijn bedrijf kwam oprijden, dat Frank vroeg of verdachte diefstalschade aan twee auto’s wilde repareren, omdat die auto’s voor export weg moesten, en dat Frank later die dag rond 21:30 uur een tweede Volkswagen Golf op het bedrijfsterrein van verdachte heeft gezet;
- Verdachte heeft voorts verklaard dat hij zag dat Frank van de Volkswagen Golf die hij als laatst op verdachtes bedrijfsterrein had gezet, de kentekenplaten afhaalde en er handelaars-kentekenplaten opzette, hetgeen verdachte niet vertrouwde, en dat Frank vertelde dat hij later de originele sleutelset langs zou brengen, omdat de sleutels moesten worden ingelezen. Verdachte vond het raar dat de auto’s wel gewoon startten;
- Tevens heeft verdachte verklaard dat Frank de Volkswagen Golf die hij als laatst op zijn bedrijfsterrein had gezet startte met een schroevendraaier, waardoor er een lichtje bij verdachte ging branden. Verdachte vond dit vreemd, maar zei daar niets van tegen Frank;
- Nadat Frank is vertrokken, heeft verdachte de voornoemde personenauto’s op zijn bedrijfsterrein laten staan;
- De twee onder verdachte in beslaggenomen personenauto’s zijn de twee personenauto’s van het merk Volkwagen, type Golf, die door Frank op het bedrijfsterrein van verdachte waren gezet.
Ten aanzien van parketnummer 01/831096-07:
- Op 22 juni 2007 heeft [benadeelde 3], geboren op [geboortedatum], ondermeer aangifte gedaan van diefstal van een aan hem toebehorend motorvoertuig en van een aan hem toebehorende autoradio van het merk Pioneer;
- Op 25 juni 2007 is verdachte aangetroffen in het bezit van vier velgen met banden en een autoradio, welke velgen met banden en welke autoradio door voornoemde [benadeelde 3] werden herkend als zijnde zijn eigendom;
- Ter onderbouwing van het feit dat voornoemde [benadeelde 3] eigenaar was van de voornoemde velgen met banden en de voornoemde autoradio heeft [benadeelde 3] facturen van deze banden met velgen en deze autoradio overlegd;
- Het merk, te weten Pioneer, en het typenummer, te weten AVHP5700DVD, dat op de voornoemde factuur van de autoradio worden genoemd, komen overeen met het merk en typenummer van de vorengenoemde autoradio die in het bezit van verdachte is aangetroffen;
- Verdachte heeft verklaard dat hij de bij hem aangetroffen banden met velgen en de bij hem aangetroffen autoradio op 23 juni 2007 te Eindhoven op een ventweg achter een tankstation van een hem onbekende man van Marokkaanse afkomst, welke man de velgen met banden in zijn auto had liggen en de autoradio in zijn auto had ingebouwd, heeft gekocht.
Blijkens het hem betreffende uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister d.d. 3 februari 2009 is verdachte eerder ter zake van opzetheling veroordeeld.
Bijzondere overwegingen omtrent het bewijs
Ten aanzien van parketnummer 01/820725-07:
Gelet op de hiervoor genoemde vastgestelde feiten en de omstandigheden waaronder verdachte de genoemde personenauto’s voorhanden heeft gekregen, alsmede de omstandigheid dat verdachte door zijn eerdere veroordeling ter zake van opzetheling een gewaarschuwd man was, is het hof, anders dan van de zijde van verdachte ter verdediging is betoogd, van oordeel dat verdachte ten tijde van het voorhanden krijgen van de genoemde personenauto’s, willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat deze personenauto’s door misdrijf waren verkregen.
Ten aanzien van parketnummer 01/831096-07:
Gelet op de hiervoor genoemde vastgestelde feiten en de omstandigheden waaronder verdachte de banden met velgen en de autoradio heeft verworven, alsmede de omstandigheid dat verdachte geen behoorlijk onderzoek heeft gedaan naar de herkomst van de banden met velgen en de autoradio, terwijl daar gelet op de hiervoor vastgestelde feiten en omstandigheden en de omstandigheid dat verdachte door zijn eerdere veroordeling ter zake van opzetheling een gewaarschuwd man was, alle aanleiding toe was - waaruit het hof afleidt dat het verdachte kennelijk om het even is geweest of de banden met velgen en de autoradio van misdrijf afkomstig waren -, is het hof, anders dan van de zijde van verdachte ter verdediging is betoogd, van oordeel dat verdachte ten tijde van het verwerven van de banden met velgen en de autoradio, willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat deze banden met velgen en deze autoradio door misdrijf waren verkregen.
Van de zijde van verdachte is aangevoerd dat niet kan worden bewezen dat de banden met velgen en de autoradio van diefstal afkomstig waren, zodat verdachte van het onder parketnummer 01/831096-07 ten laste gelegde dient te worden vrijgesproken.
Het hof overweegt hieromtrent het navolgende.
Gelet op hetgeen hiervoor door het hof is vastgesteld, alsmede hetgeen op basis hiervan door het hof bewezen wordt geacht, mist de stelling die aan het verweer ten grondslag ligt, te weten dat niet vaststaat dat de banden met velgen en de autoradio van diefstal afkomstig waren, feitelijke grondslag. Uit het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep is niet gebleken van feiten of omstandigheden die tot een ander oordeel zouden moeten leiden. Het verweer wordt mitsdien verworpen.
Bewezenverklaring
Het hof acht op grond van de hiervoor genoemde vastgestelde feiten en omstandigheden en de daaraan ten grondslag liggende bewijsmiddelen (genoemd in de voetnoten), in onderlinge samenhang en (tijds)verband beschouwd, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder parketnummer 01/820725-07 onder 1 impliciet primair, het parketnummer 01/820725-07 onder 2 impliciet primair en het onder parketnummer 01/831096-07 impliciet primair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
parketnummer 01/820725-07
1.
hij op 24 oktober 2006 te Nuenen, gemeente Nuenen Ca, een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, gekentekend [kenteken]) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die personenauto wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
2.
hij op 24 oktober 2006 te Nuenen, gemeente Nuenen Ca, een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, gekentekend [kenteken]) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die personenauto wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
parketnummer 01/831096-07
hij in de periode van 22 juni 2007 tot en met 25 juni 2007 te Eindhoven velgen en banden en een autoradio heeft verworven, terwijl hij ten tijde van het verwerven van die velgen en banden en autoradio wist dat het door misdrijf verkregen goederen betrof.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat deze daarvan zal worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het onder parketnummer 01/820725-07 onder 1, het parketnummer 01/820725-07 onder 2 en het onder parketnummer 01/831096-07 bewezen verklaarde is telkens voorzien en strafbaar gesteld bij artikel 416, eerste lid, aanhef en onder a van het Wetboek van Strafrecht.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Het wordt gekwalificeerd zoals hierna in de beslissing wordt vermeld.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Op te leggen straf
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Het hof heeft bij de straftoemeting rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd, en de omstandigheid dat verdachte blijkens het hem betreffende uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister d.d. 3 februari 2009 reeds eerder ter zake van vermogensdelicten is veroordeeld.
In strafmatigende zin heeft het hof rekening gehouden met het tijdsverloop sedert het bewezen verklaarde en met de persoonlijke omstandigheden van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting in hoger beroep is gebleken.
Het hof komt op grond van voormelde overwegingen tot een oplegging van een straf die afwijkt van datgene dat door de advocaat-generaal is gevorderd. Het hof acht de hierna op te leggen straffen, zowel wat strafsoort als strafmaat betreft, het meest passend bij de persoon van de verdachte en de ernst van en omstandigheden waaronder de bewezen verklaarde feiten zijn gepleegd.
Met oplegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf wordt enerzijds de ernst van het bewezen verklaarde tot uitdrukking gebracht en wordt anderzijds de strafoplegging dienstbaar gemaakt aan het voorkomen van nieuwe strafbare feiten.
Schadevergoeding
De benadeelde partij [benadeelde 1] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 562,47. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen en vermeerderd met de wettelijke rente. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw in het geding gevoegd tot dit bedrag.
Het hof acht niet voldoende gebleken dat de gestelde schade rechtstreeks door verdachtes onder parketnummer 01/820725-07 onder 1 bewezen verklaarde handelen, te weten “Opzetheling”, is veroorzaakt. De benadeelde partij [benadeelde 1] kan daarom in haar vordering niet worden ontvangen, met een beslissing omtrent de kosten zoals hierna zal worden vermeld.
De benadeelde partij [benadeelde 2] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 814,25, vermeerderd met de wettelijke rente. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw in het geding gevoegd tot dit bedrag.
Het hof acht niet voldoende gebleken dat de gestelde schade rechtstreeks door verdachtes onder parketnummer 01/820725-07 onder 2 bewezen verklaarde handelen, te weten “Opzetheling”, is veroorzaakt. De benadeelde partij [benadeelde 2] kan daarom in haar vordering niet worden ontvangen, met een beslissing omtrent de kosten zoals hierna zal worden vermeld.
Beslag
Ten aanzien van de in de beslissing te noemen inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen zal het hof de teruggave aan de rechthebbende gelasten.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De beslissing is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 63 en 416 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en doet opnieuw recht.
Verklaart, zoals hiervoor overwogen, wettig en overtuigend bewezen, dat verdachte het onder parketnummer 01/820725-07 onder 1 impliciet primair, het onder parketnummer 01/820725-07 onder 2 impliciet primair en het onder parketnummer 01/831096-07 impliciet primair ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart dat het onder parketnummer 01/820725-07 onder 1, het onder parketnummer 01/820725-07 onder 2 en het onder parketnummer 01/831096-07 bewezen verklaarde telkens oplevert:
Opzetheling.
Verklaart verdachte deswege strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) maand.
Bepaalt, dat de gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat verdachte zich vóór het einde van een proeftijd van
2 (twee) jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt verdachte tot een taakstraf bestaande uit een werkstraf voor de duur van
120 (honderdtwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door 60 (zestig) dagen hechtenis.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering wordt gebracht naar de maatstaf van 2 (twee) uren per dag.
Verklaart de benadeelde partij [benadeelde 1] in haar vordering niet-ontvankelijk.
Veroordeelt de benadeelde partij [benadeelde 1] in de kosten van het geding door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Verklaart de benadeelde partij [benadeelde 2] in haar vordering niet-ontvankelijk.
Veroordeelt de benadeelde partij [benadeelde 2] in de kosten van het geding door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Gelast de teruggave aan de rechthebbende, te weten [benadeelde 3], geboren op [geboortedatum] te Eindhoven, van de inbeslaggenomen voorwerpen, ten aanzien waarvan nog geen last tot teruggave is gegeven, te weten 4 lichtmetalen velgen met banden, kleur grijs, en 1 autoradiocompactdisc, merk Pioneer, typenummer AVHP5700DVD.
Aldus gewezen door mr. E.F.G.M. Gelderman, voorzitter, mr. M. van Zinnen en mr. J. Buhrs,
in tegenwoordigheid van mr. T. Tanghe, griffier,
en op 2 april 2009 ter openbare terechtzitting uitgesproken.