ECLI:NL:GHSHE:2009:BH0702
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- H.D. Bergkotte
- A.M.G. Smit
- N.J.M. Ruyters
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van het medeplegen en voorbereiden van de productie van synthetische drugs
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 22 januari 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Breda. De verdachte was in eerste aanleg veroordeeld voor het medeplegen en voorbereiden van de productie van synthetische drugs, maar heeft hoger beroep ingesteld. Het hof heeft de zaak onderzocht en geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij de vervaardiging, bereiding, bewerking en/of verwerking van amfetamine, een middel dat onder de Opiumwet valt. De verdachte werd vrijgesproken van het primair ten laste gelegde feit en voor het subsidiair ten laste gelegde feit werd hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
De tenlastelegging omvatte onder andere het opzettelijk bereiden en vervoeren van chemicaliën die bestemd waren voor de vervaardiging van synthetische drugs. Het hof oordeelde dat de verdachte niet wettig en overtuigend kon worden bewezen dat hij wist dat de chemicaliën zich in het voertuig bevonden en dat hij bekend was met de aanwezigheid van de voorwerpen en stoffen die bij een doorzoeking in de loods werden aangetroffen. Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal, die een gevangenisstraf van 12 maanden had geëist, niet gevolgd en heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd.
De uitspraak benadrukt het belang van wettig en overtuigend bewijs in strafzaken en de rol van de rechter in het beoordelen van de bewijsvoering. Het hof heeft de verdachte vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten, wat betekent dat hij niet strafbaar is voor de hem verweten gedragingen. Deze uitspraak is een voorbeeld van hoe het rechtssysteem functioneert in gevallen waar de bewijsvoering tekortschiet.