ECLI:NL:GHSHE:2008:BG8060
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- F. van Es
- H. Eijsenga
- M.J.H.J. de Vries - Leemans
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep wegens termijnoverschrijding
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 27 november 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter te Roermond. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 13 december 2007, maar de raadsman voerde aan dat hij niet tijdig op de hoogte was gesteld van de zitting in eerste aanleg. Dit zou een schending zijn van artikel 51 van het Wetboek van Strafvordering. Het hof overwoog dat de inleidende dagvaarding op 7 november 2007 aan de verdachte was betekend, en dat het hoger beroep binnen veertien dagen na de einduitspraak van de eerste rechter ingesteld moest worden, zoals bepaald in artikel 408, eerste lid, onder a van het Wetboek van Strafvordering. Aangezien het hoger beroep pas op 22 februari 2008 was ingesteld, na het verstrijken van de termijn, kon de verdachte niet in zijn hoger beroep worden ontvangen. Het hof verklaarde de verdachte derhalve niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep. De uitspraak werd gedaan in tegenwoordigheid van de griffier mr. T. Tanghe en is ter openbare terechtzitting uitgesproken.