ECLI:NL:GHSHE:2008:BG5011
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. Keizer
- W. Wabeke
- H. Hofkes
- Rechtspraak.nl
Gedeeltelijke niet-ontvankelijkheid hoger beroep wegens verzuim tijdige inschrijving in register
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 18 november 2008 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een vonnis van de rechtbank Breda. Het hoger beroep was ingesteld door [A.] tegen [B.] c.s. naar aanleiding van een vonnis van 22 augustus 2007, waarin de rechtbank de wijze van verdeling van de nalatenschap van de vader van partijen had vastgesteld. Het hof heeft in zijn tussenarrest van 25 maart 2008 de zaak naar de rol verwezen voor akte aan de zijde van appellant, [A.].
De procedure heeft zich verder ontwikkeld met een akte na tussenarrest van [A.] en een antwoordakte van [B.] c.s. Het hof heeft vastgesteld dat het hoger beroep niet tijdig was ingeschreven in het register zoals bedoeld in artikel 433 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De appeldagvaarding was uitgebracht op 20 november 2007, maar de advocaat van [A.] heeft pas op 4 april 2008 om inschrijving verzocht. Het hof oordeelt dat de sanctie van niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep van toepassing is, omdat de inschrijftermijn is overschreden.
[A.] heeft betoogd dat de niet-ontvankelijkheid in strijd is met een redelijke wetstoepassing, maar het hof verwerpt deze stelling. Het hof benadrukt dat de wetgeving omtrent de inschrijving in het register is bedoeld om de betrouwbaarheid van openbare registers te waarborgen. De sanctie van niet-ontvankelijkheid is gekozen om verzuim te voorkomen en de rechtszekerheid te bevorderen.
Het hof heeft de incidentele vordering tot uitvoerbaarverklaring bij voorraad van het bestreden vonnis toegewezen en de kosten van het incident gecompenseerd. De zaak is verwezen naar de rol van 30 december 2008 voor memorie van grieven aan de zijde van appellant. De uitspraak is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer.