ECLI:NL:GHSHE:2007:BA1401
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- W. van Nierop
- C. Lo-Sin-Sjoe
- Y.G.M. Baaijens-van Geloven
- Rechtspraak.nl
Rechtsgeldigheid van de noodverordening in de Schinveld-zaak
In de Schinveld-zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 26 maart 2007 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Maastricht. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 18 mei 2006. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de raadsman van de verdachte herhaald dat het openbaar ministerie niet ontvankelijk zou zijn in de strafvervolging, omdat er bij de aanhouding van de verdachte een inbreuk zou zijn gemaakt op de Duitse soevereiniteit. Daarnaast werd betoogd dat de noodverordening niet rechtsgeldig was. Het hof heeft, in lijn met de advocaat-generaal, geoordeeld dat artikel 461 van het Wetboek van Strafrecht niet ter handhaving van de openbare orde had kunnen dienen, omdat dit artikel enkel bescherming biedt aan privedomeinen en niet aan openbare wegen. De wegen vielen echter wel onder de noodverordening, waardoor het hof dit onderdeel van het verweer van de raadsman heeft verworpen. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd en de verweren van de raadsman op dezelfde gronden als de rechter in eerste aanleg verworpen. De raadsman had ook aangevoerd dat de noodverordening in strijd zou zijn met de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit, omdat deze onevenredige belemmeringen voor het publiek zou opleveren. Het hof heeft deze argumenten niet gevolgd en heeft de rechtsgeldigheid van de noodverordening bevestigd. Het arrest is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier, mr. J.H.W. Van der Meijs.