ECLI:NL:GHSHE:2006:BA1216
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- P.A.M. Hendriks
- G.A.M. Stevens
- A.M.G. Smit
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot bewilliging in het doen uitgaan van kennisgeving van niet verdere vervolging inzake valsheid in geschrifte en oplichting
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 7 november 2006 uitspraak gedaan in het hoger beroep betreffende een verzoek tot bewilliging in het doen van een kennisgeving van niet verdere vervolging. De zaak betreft een klacht van klager, die aangifte heeft gedaan van valsheid in geschrift en oplichting door een onbekende verkoper van een auto. Klager had in februari 2004 een auto gekocht, waarvan in de advertentie werd vermeld dat deze was uitgerust met een G3-gasinstallatie. Na de aankoop ontving klager echter een rekening die gebaseerd was op een normale G-gasinstallatie, wat leidde tot een hogere kostenpost. Klager stelde dat de verkoper hem had opgelicht door niet te vermelden dat de auto niet de geadverteerde G3-gasinstallatie had.
Het hof oordeelde dat er voldoende bewijs was voor het leugenachtig verklaren door de verdachte, maar dat er onvoldoende bewijs was dat de foutieve tekst van de advertentie opzettelijk foutief was opgesteld of dat de verdachte zelf de “3” op het kentekenbewijs had geschreven. Hierdoor kon niet worden bewezen dat er sprake was van valsheid in geschrifte of een samenweefsel van verdichtsels. Het hof concludeerde dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om de vervolging van de verdachte te bevelen. Het verzoek om bewilliging werd toegewezen, wat betekent dat het hof instemde met het verzoek van de officier van justitie om niet verder te vervolgen.
De beslissing van het hof is gebaseerd op de feiten en omstandigheden die uit het dossier naar voren kwamen, waarbij het hof de verklaringen van klager en getuigen in overweging nam. De uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs in strafzaken en de rol van het hof in het beoordelen van verzoeken tot vervolging.