ECLI:NL:GHSHE:2006:BA0279
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- N.J.M. van Etten
- Den Hartog Jager
- Van den Bergh
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake schadevergoeding en tekortkomingen in huurovereenkomst
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [X.] tegen een vonnis van de kantonrechter te Boxmeer, waarin [X.] vorderingen heeft ingesteld tegen [Y.] met betrekking tot een huurovereenkomst. [X.] heeft een bedrijfsgebouw gekocht van [Y.], waarbij een deel van het pand door [X.] aan [Y.] werd verhuurd. Na afloop van de huurovereenkomst zijn er geschillen ontstaan over de afwikkeling van de huurrelatie, met name over schade aan het gehuurde en de verplichtingen van [Y.] om de toegangsweg te herstellen. De kantonrechter heeft een deel van de vorderingen van [X.] toegewezen, maar ook een aantal vorderingen afgewezen. In hoger beroep heeft [X.] vijf grieven aangevoerd, waarbij hij onder andere stelt dat de kantonrechter ten onrechte geen rekening heeft gehouden met bepaalde bewijsstukken en dat de beslissing over de schadevergoeding niet juist is. Het hof heeft de grieven van [X.] beoordeeld en geconcludeerd dat hij bewijs moet leveren van zijn stellingen. Het hof heeft [X.] in de gelegenheid gesteld om getuigen te horen om zijn claims te onderbouwen. De uitspraak van het hof houdt in dat de zaak wordt aangehouden voor bewijslevering en dat verdere beslissingen op dit punt worden uitgesteld. Het hof heeft de betrokken partijen verzocht om op een rolzitting het aantal getuigen en de verhinderdata op te geven, zodat het getuigenverhoor kan worden gepland. De zaak betreft dus een complexe juridische discussie over de verplichtingen van de verhuurder en de huurder, en de schade die is ontstaan als gevolg van vermeende tekortkomingen in de nakoming van de huurovereenkomst.