ECLI:NL:GHSHE:2006:AZ4045
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Hendriks-Jansen
- Fikkers
- Spoor
- Rechtspraak.nl
Geschil over asbest in dak van aangekochte woning en bewijsvoering omtrent mededelingen tijdens koopovereenkomst
In deze zaak, gewezen door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 5 december 2006, betreft het een geschil tussen appellanten en geïntimeerden over de aanwezigheid van asbest in het dak van een aangekochte woning. De appellanten, [appellant sub 1] en [appellante sub 2], hebben in hoger beroep gesteld dat zij de aanwezigheid van asbesthoudend materiaal aan de geïntimeerden, [geïntimeerde sub 1] en [geïntimeerde sub 2], hadden gemeld voor het sluiten van de koopovereenkomst. Het hof heeft hen echter niet in hun bewijsopdracht geslaagd geacht. Tijdens de procedure zijn getuigen gehoord, waaronder de verkopende makelaar, die verklaarde dat hij de appellanten had geïnformeerd over de mogelijkheid van asbest in het dak. De verklaringen van de appellanten over een telefoongesprek waarin deze kwestie aan de orde zou zijn gekomen, werden door de geïntimeerden ontkend.
Het hof oordeelde dat de appellanten niet voldoende bewijs hebben geleverd dat zij de geïntimeerden op de hoogte hebben gesteld van de mogelijke aanwezigheid van asbest. De verklaringen van de getuigen stonden lijnrecht tegenover elkaar, en het hof hechtte meer waarde aan de ontkenning van de geïntimeerden. Het hof concludeerde dat de appellanten tekort zijn geschoten in hun verplichtingen uit de koopovereenkomst, wat hen aansprakelijk maakt voor de schade die de geïntimeerden hebben geleden door de aanwezigheid van asbest.
In de uitspraak werd ook ingegaan op de hoogte van de schadevergoeding. De geïntimeerden vorderden een bedrag van € 12.405,75 voor herstelkosten, maar het hof oordeelde dat de offerte van een dakbedekkingsbedrijf van € 6.940,00 als uitgangspunt moest worden genomen, vermeerderd met BTW. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en veroordeelde de appellanten tot betaling van een bedrag van € 950,00 met rente, en in de kosten van het principaal appel.