ECLI:NL:GHSHE:2006:AV5224
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Hendriks-Jansen
- Fikkers
- Spoor
- Rechtspraak.nl
Ontbinding leaseovereenkomst en schadevergoeding in hoger beroep
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch werd behandeld, ging het om een hoger beroep van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Daimler Chrysler Services B.V., voorheen bekend als Mercedes-Benz Leasing Nederland B.V. De zaak betreft de ontbinding van een leaseovereenkomst voor een personenauto en de daaruit voortvloeiende schadevergoeding. De leaseovereenkomst was op 4 juli 2002 gesloten tussen automobielbedrijf De Ster B.V. en de lessee, [geïntimeerde]. De overeenkomst was aangegaan voor een periode van 48 maanden en was onderworpen aan de Algemene Voorwaarden Financiële Leasing Voertuigen.
Daimler Chrysler Services B.V. had de kantonrechter verzocht de leaseovereenkomst te ontbinden en een schadevergoeding van in totaal € 16.904,68 te vorderen, bestaande uit hoofdsom, buitengerechtelijke kosten en contractuele vertragingsrente. De kantonrechter had echter slechts een bedrag van € 7.613,34 toegewezen, en de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten afgewezen. In hoger beroep kwam Daimler Chrysler Services B.V. op tegen deze afwijzing en voerde aan dat de kantonrechter de gevorderde ontbinding zonder nadere motivering had afgewezen.
Het hof oordeelde dat de kantonrechter de vordering tot ontbinding ten onrechte had afgewezen en dat de buitengerechtelijke kosten, die door de gemachtigde van Daimler Chrysler Services B.V. waren gemaakt, voor vergoeding in aanmerking kwamen. Het hof stelde vast dat de buitengerechtelijke werkzaamheden niet gemotiveerd waren betwist door [geïntimeerde] en dat de kosten voor buitengerechtelijke incasso, vastgesteld op 15% van de hoofdsom, moesten worden vergoed. Het hof vernietigde het vonnis van de kantonrechter voor wat betreft de ingangsdatum van de contractuele rente en de afwijzing van de vorderingen tot ontbinding en vergoeding van buitengerechtelijke kosten. Het hof verklaarde de leaseovereenkomst ontbonden en bepaalde dat de contractuele vertragingsrente van 18% per jaar verschuldigd was vanaf 9 december 2003. De proceskosten in het hoger beroep werden gecompenseerd, zodat ieder van de partijen de eigen kosten droeg.