ECLI:NL:GHSHE:2005:AV2163
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. van Etten
- A. den Hartog Jager
- J. Blokland
- Rechtspraak.nl
Financiële afwikkeling van echtscheiding en huwelijkse voorwaarden
In deze zaak, gewezen door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 25 oktober 2005, betreft het een hoger beroep over de financiële afwikkeling van een echtscheiding tussen [appellante] en [geïntimeerde]. De partijen waren gehuwd op 21 december 1979 onder huwelijkse voorwaarden die een koude uitsluiting inhielden, met uitzondering van de gemeenschap van inboedel. Hun huwelijk eindigde op 4 augustus 2003. De geschillen die zijn ontstaan, draaien om de vraag of de financiële afwikkeling moet plaatsvinden op basis van de huwelijkse voorwaarden, hetgeen [appellante] betwist. Zij heeft [geïntimeerde] gedagvaard en vorderingen ingesteld, maar de rechtbank Maastricht heeft haar vorderingen deels afgewezen en [geïntimeerde] veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 4.934,18 aan [appellante].
In hoger beroep heeft [appellante] negen grieven aangevoerd, waaronder de afwijzing van haar vordering tot wijziging of ontbinding van de huwelijkse voorwaarden op basis van onvoorziene omstandigheden. Het hof oordeelt dat de omstandigheden die [appellante] aanvoert, niet als onvoorziene omstandigheden kunnen worden aangemerkt. Het hof wijst erop dat de huwelijkse voorwaarden expliciet de financiële afwikkeling bij ontbinding van het huwelijk regelen, en dat partijen deze mogelijkheid hebben verdisconteerd in hun overeenkomst.
Daarnaast heeft het hof de grieven van [appellante] over de redelijkheid en billijkheid van de toepassing van de huwelijkse voorwaarden beoordeeld. Het hof concludeert dat de door [appellante] aangevoerde omstandigheden onvoldoende zijn om te concluderen dat de toepassing van de huwelijkse voorwaarden onaanvaardbaar zou zijn. Het hof heeft ook de vordering van [appellante] tot vergoeding van haar arbeidsinspanningen in de onderneming van [geïntimeerde] afgewezen, omdat deze onvoldoende onderbouwd was.
Het hof heeft de zaak naar de rolzitting verwezen voor verdere behandeling, waarbij [geïntimeerde] in de gelegenheid wordt gesteld om zijn standpunten nader toe te lichten en [appellante] haar vorderingen aan te passen. De uitspraak van het hof is een bevestiging van de eerdere beslissing van de rechtbank, waarbij de huwelijkse voorwaarden en de financiële afwikkeling van de echtscheiding centraal staan.