ECLI:NL:GHSHE:2005:AT2973

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
17 maart 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
AVNR. 006338-05
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
  • A. van Nierop
  • C. Lo-Sin-Sjoe
  • J. de Bruijne
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen beschikking voorlopige hechtenis ex artikel 67b Wetboek van Strafvordering

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 17 maart 2005 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beschikking van de rechtbank te 's-Hertogenbosch van 2 maart 2005. De rechtbank had het openbaar ministerie niet ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot voorlopige hechtenis op basis van artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering. De Officier van Justitie heeft hoger beroep ingesteld tegen deze beschikking. Het hof heeft de akte van de griffier van de rechtbank bekeken en de advocaat-generaal en de verdachte gehoord, bijgestaan door zijn raadsman.

Het hof overweegt dat de niet toegewezen vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering er in feite op gericht is dat de voorlopige hechtenis ook kan berusten op andere feiten dan die in het bevel tot voorlopige hechtenis zijn omschreven. Het hof concludeert dat de officier van justitie ontvankelijk is in zijn vordering, ondanks het oordeel van de rechtbank dat het openbaar ministerie zijn rechten heeft verspeeld door geen hoger beroep in te stellen tegen een gedeeltelijke afwijzing van zijn vordering.

Het hof benadrukt dat de procedure ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering een bijzonder karakter heeft en inspeelt op de dynamiek van het onderzoek in de voorfase. Het hof oordeelt dat er geen ernstige bezwaren tegen de verdachte zijn met betrekking tot het in de vordering opgenomen feit, en wijst daarom de vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering van het Openbaar Ministerie af. Het hof wijst het hoger beroep toe en verklaart de officier van justitie ontvankelijk in zijn vordering.

Uitspraak

Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch
Voorlopige hechtenis
Bijzonderzakennummer: AVNR. 006338-05
Parketnummer 1e aanleg: 01-885004-05
Het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, gezien de akte van de griffier van de rechtbank te 's-Hertogenbosch d.d. 14 maart 2005, waarbij door de Officier van Justitie inzake:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1963 te [geboorteplaats],
[adres],
thans verblijvende in P.I. Limburg Zuid - HvB Overmaze
hoger beroep is ingesteld tegen de beschikking van rechtbank te 's-Hertogenbosch d.d. 2 maart 2005, bij welke beschikking het openbaar ministerie niet ontvankelijk werd verklaard in zijn vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering;
gezien de beschikking waarvan beroep;
gehoord de advocaat-generaal en verdachte, bijgestaan door zijn raadsman;
overwegende, dat de niet toegewezen vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering er in feite toe strekt dat de gevangenhouding mede zal komen te berusten op het door de rechter-commissaris weggestreepte feit 3 van de vordering tot bewaring;
overwegende, dat een vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering dient om te bewerkstelligen dat de voorlopige hechtenis (eveneens) komt te berusten op een of meer andere feiten dan het feit of de feiten welke in het bevel tot voorlopige hechtenis is I zijn omschreven;
overwegende, dat nu de voorlopige hechtenis niet (mede) berustte op het in de vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering opgenomen feit - dit feit was immers door de rechter commissaris "weggestreept"- de officier van justitie naar het oordeel van het hof ontvankelijk is in zijn vordering;
overwegende, dat het kennelijk oordeel van de rechtbank dat het openbaar ministerie, wanneer het tegen een gedeeltelijke afwijzing van zijn vordering geen hoger beroep instelt, "zijn rechten heeft verspeeld" en ten aanzien van die feiten geen vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering meer kan indienen geen steun vindt in het recht.
overwegende, dat het hof met name van oordeel is, dat - gelet op het bijzonder karakter van de procedure ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering, welke inspeelt op de dynamiek van het onderzoek in de voorfase - het door de raadsman gestelde omtrent het gesloten geheel van rechtsmiddelen welk systeem in de onderhavige zaak een vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering in de visie van de raadsman in de weg zou staan, ten deze geen opgeld doet;
overwegende, dat naar het oordeel van het hof ten aanzien van het in de vordering opgenomen feit geen ernstige bezwaren jegens verdachte aanwezig zijn, weshalve de vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering van het Openbaar Ministerie dient te worden afgewezen;
BESCHIKKENDE IN HOGER BEROEP:
Wijst toe het hoger beroep;
Verklaart de officier van justitie ontvankelijk in zijn vordering.
Wijst af de vordering ex artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering van het Openbaar Ministerie;
Aldus gedaan op 17 maart 2005 door mrs. Van Nierop, als voorzitter, Lo-Sin-Sjoe en De Bruijne, als raadsheren, in tegenwoordigheid van mw. Siwaletti, als griffier.