ECLI:NL:GHSHE:2004:AT0448

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
20 januari 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
C0200240-MA2
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • A. Sterk
  • M. Keizer
  • J. van Wechem
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming deskundige in civiele procedure

In deze zaak, gewezen door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 20 januari 2004, betreft het een hoger beroep van de besloten vennootschap Overste Hof B.V. en een tweede appellant tegen de besloten vennootschap BAM NBM Infratechniek Zuid B.V. De appellanten, vertegenwoordigd door procureur mr. Ph.C.M. van der Ven, hebben in hun hoger beroep de benoeming van een deskundige aangevochten. In een eerder tussenarrest van 2 december 2003 was de heer K.J. Schipper benoemd als deskundige, maar deze heeft in een brief van 9 december 2003 laten weten zijn benoeming niet te aanvaarden. Het hof heeft daarop besloten de benoeming van de heer Schipper ongedaan te maken en een andere deskundige aan te wijzen.

De nieuwe deskundige, Ir. F.A. van de Kant, is benoemd en het hof heeft het voorschot voor zijn werkzaamheden vastgesteld op € 1.800,- inclusief BTW. Dit bedrag is vastgesteld op basis van de taxatie door de deskundige. Het hof heeft bepaald dat de deskundige pas met zijn onderzoek kan beginnen nadat het voorschot is ontvangen. Tevens is er een termijn van drie maanden gesteld voor het inleveren van een schriftelijk en gemotiveerd rapport door de deskundige, nadat het voorschot is ontvangen.

Het hof heeft verder bepaald dat partijen ieder de helft van het voorschot moeten betalen en dat de deskundige tijdig moet worden geïnformeerd indien zijn kosten het voorschot overschrijden. De zaak is verwezen naar de rolzitting van 22 juni 2004 voor memorie na deskundigenonderzoek aan de zijde van de appellanten. Het hof heeft iedere verdere beslissing aangehouden, wat betekent dat de procedure nog niet is afgerond en verdere stappen zullen volgen na het deskundigenonderzoek.

Uitspraak

typ. JZ
rolnr. C0200240/MA
ARREST VAN HET GERECHTSHOF TE 's-HERTOGENBOSCH,
tweede kamer, van 20 januari 2004,
gewezen in de zaak van:
1. de besloten vennootschap OVERSTE HOF B.V.,
gevestigd te Landgraaf,
2. [APPELLANT 2],
wonende te [plaatsnaam],
appellanten bij dagvaarding van 11 maart 2002,
procureur: mr. Ph.C.M. van der Ven,
tegen:
de besloten vennootschap BAM NBM INFRATECHNIEK ZUID B.V.,
voorheen: [PERSOONSNAAM] TECHNIEK B.V.,
gevestigd te [plaatsnaam],
geïntimeerde,
procureur: mr. J.M. Jonkergouw,
--------------------------------------------------
9. Het verdere verloop van het geding
Dit blijkt uit de volgende stukken:
- het arrest van 2 december 2003;
- de brief van K.J. Schipper van 9 december 2003;
- de brief van Ir. F.A. van de Kant van 12 december 2003.
10. De verdere beoordeling
Bij genoemd tussenarrest is tot deskundige benoemd: de heer K.J. Schipper uit Soest.
In zijn brief van 9 december 2003 aan de griffie van het hof laat de heer Schipper weten zijn benoeming niet te aanvaarden.
Gezien deze brief zal het hof de benoeming van de heer Schipper ongedaan maken en een andere deskundige benoemen.
Het hof zal tot deskundige benoemen:
Ir. F.A. van de Kant
[adresgegevens]
Ir. Van de Kant heeft de griffie van het hof laten weten het voorschot te taxeren op Euro 1.800,- incl. BTW. Nu dit voorschot afwijkt van dat van de deskundige Schipper zal het hof het voorschot op dat bedrag vaststellen.
11. De beslissing
Het hof:
maakt de benoeming van de heer Schipper tot deskundige in deze zaak ongedaan, alsmede de beslissing op het voorschot in het tussenarrest van 2 december 2004;
benoemt tot deskundige ter beantwoording van de vragen als vermeld in het dictum van het tussenarrest van 2 december 2003:
Ir. F.A. Van de Kant;
verzoekt de deskundige een schriftelijk en met redenen omkleed bericht, met een duidelijke conclusie, in te leveren ter griffie van dit hof;
verzoekt de deskundige tegelijkertijd een afschrift van het bericht aan de advocaten van partijen toe te zenden;
bepaalt dat de deskundige eerst met het onderzoek zal aanvangen nadat de griffier heeft bericht dat het voorschot is ontvangen;
bepaalt de termijn waarbinnen het schriftelijk, ondertekend bericht ter griffie van dit hof (postbus 70583, 5201 CZ 's-Hertogenbosch) moet worden ingeleverd op drie maanden nadat door de griffier is bericht dat het voorschot is ontvangen en dat met het onderzoek kan worden aangevangen;
bepaalt het voorschot op de kosten van de deskundige op het door de deskundige begrote bedrag van Euro 1.800,- incl. BTW;
bepaalt dat ieder van partijen de helft van genoemd voorschot van € 1.800,- derhalve € 900,- zal overmaken naar rekeningnummer 192325787 ten name van Arrondissement 536 's-Hertogenbosch;
verzoekt de deskundige, indien zijn kosten het voorschot te boven mochten gaan, het hof daarover tijdig in te lichten;
bepaalt dat de griffier van dit hof een afschrift van dit arrest aan de deskundige zal toezenden;
bepaalt dat partijen binnen één week na de datum van dit arrest (een afschrift van) de verdere processtukken aan de deskundige ter beschikking zullen stellen en alle door deze gewenste inlichtingen zullen verstrekken;
bepaalt dat de deskundige bij het onderzoek partijen in de gelegenheid moet stellen opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat uit het schriftelijk bericht van de deskundige moet blijken of aan dit voorschrift is voldaan, terwijl in het bericht tevens melding dient te worden gemaakt van de inhoud van zodanige opmerkingen en verzoeken;
verwijst de zaak naar de rolzitting van dinsdag 22 juni 2004 voor memorie na deskundigenonderzoek, aan de zijde van appellanten;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. Sterk, Keizer en Van Wechem en uitgesproken ter openbare terechtzitting van dit hof van 20 januari 2004.