ECLI:NL:GHSHE:2004:AR7493
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Koster-Vaags
- Aarts
- Spoor
- Rechtspraak.nl
Vordering schade naast ontbindingsbeschikking en goed werkgeverschap
In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, betreft het een hoger beroep van [appellant] tegen de besloten vennootschap Van Lee Veghel Beheer B.V. De zaak draait om vorderingen van [appellant] die betrekking hebben op schadevergoeding na de ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst. De vorderingen zijn ingediend na een eerdere uitspraak van de Hoge Raad, die het vonnis van de rechtbank te 's-Hertogenbosch heeft vernietigd en de zaak heeft verwezen naar het hof. De vorderingen sub d en e zijn door [appellant] gehandhaafd, waarbij vordering sub d betrekking heeft op schade geleden na 1 april 1999 en vordering sub e op schade in de periode van 25 april 1997 tot 1 april 1999, die zou zijn ontstaan door handelen in strijd met goed werkgeverschap door Van Lee.
Het hof heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de Hoge Raad in eerdere rechtspraak heeft overwogen dat alle relevante factoren in de hoogte van de ontbindingsvergoeding moeten worden meegenomen. De rechtbank had echter de vordering sub e afgewezen op basis van de overweging dat deze vordering gegrond was op dezelfde feiten als de ontbindingsvergoeding. Het hof heeft geoordeeld dat de rechtbank deze beperking niet correct heeft toegepast en dat de vordering sub d, die betrekking heeft op schade na 1 april 1999, niet in strijd is met de eerdere ontbindingsvergoeding.
De vordering sub 5, die betrekking heeft op schade in de periode van 25 april 1997 tot 1 april 1999, is door Van Lee bestreden op basis van dezelfde argumenten. Het hof heeft vastgesteld dat de vordering is gebaseerd op inkomstenderving als gevolg van arbeidsongeschiktheid en dat de kantonrechter deze omstandigheid niet heeft meegewogen in zijn ontbindingsbeslissing. Het hof heeft de vordering van [appellant] op basis van goed werkgeverschap en toerekenbaar tekortschieten door Van Lee beoordeeld en geconcludeerd dat Van Lee als goed werkgever heeft gehandeld. De vordering is daarom afgewezen en het hof heeft het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd. [appellant] is in de proceskosten veroordeeld.