4.11. [deskundige 1] rapporteert op 30 november 2000:
Overweging:
De anamnese, onderzoek en verkregen informatie geven geen aanknopingspunt voor een lijden van het centrale zenuwstelsel, cervicale wortels, plexus of perifere zenuwen, behoudens dat mogelijk voorbijgaand een carpaal tunnel syndroom klacht is geweest beiderzijds. Deze zijn echter verdwenen. Bij het neurologisch onderzoek werden geen afwijkingen vastgesteld. De mobiliteit van de halswervelkolom is normaal. De wervelkolomfoto's tonen geen traumatische afwijkingen, elders vastgesteld. (de klachten van de nek, schouder zijn myogeen bepaald). Er bestaat sedert 1980 een spierspanninghoofdpijn, wisselend bestaan nu nog hoofdpijnen 1 maal per week met een zwaar gevoel. Deze kunnen niet als rechtstreeks en uitsluitend ongevalsgevolg worden gezien.
Na het ongeval van 03-06-1990 ontstond een rug- en rechterbeenklacht die toenam na het ongeval van
04-12-1994. Er zou een klapvoet zijn gedurende 1 maand cq pijn in het scheenbeen. Het geuite klachtenpatroon van het been is weinig typisch. Neurologisch konden geen afwijkingen worden vastgesteld,... De klacht van het been ontstond niet binnen 24 uur na het ongeval. Eerst ontstond na
2 dagen rugklachten en daarna de rechter beenklacht. Een klacht die tevoren in 1990 ook bestond.
Beantwoording vraagstelling:
Als diagnose werd gesteld:
B. Ongevalsgevolg dd. 04-12-1994, een aanrijding van achteren,
stilstaand:
1. Nekklacht
2. Rechter schouderklacht
3. Armklacht
4. Hoofdpijn
5. Rugpijn
6. Beenklacht rechts zonder neurologische afwijkingen.
C. Niet ongevalsgevolg dd. 03-06-1990 en 04-12-1994:
(...)
7. Acceptatie- en verwerkingsproblematiek van het haar overkomene, mede bepaald door de houding van degene die haar aanreed.
2. Er worden klachten geuit van nek, rechter schouder, arm, hoofdpijn, rugpijn en beenklacht. Er konden geen neurologische afwijkingen worden vastgesteld. De bewegingsmogelijkheden van nek en rug zijn niet afwijkend. Er konden geen afwijkingen aan het been worden vastgesteld. Subjectief is de nek musculatuur wat gevoelig. Duidelijke objectieve afwijkingen ontbreken.
3. Op grond van mijn eerste onderzoek in 1996 bleken de klachten van een eerder doorgemaakt ongeval in 1990 niet geheel verdwenen... het zou dus best kunnen zijn dat een verergering van de aanwezige klachten zou kunnen ontstaan als het ongeval van 04-12-1994 niet had plaatsgevonden.
Ik kan de mening van orthopedisch chirurg [deskundige 2] niet delen ten aanzien van rug- en beenklacht,. Ze waren voor het ongeval van 04-12-1994 ook reeds aanwezig. (...)
4. Evenals in mijn rapportage vind 1996 vind ik geen beperking in de mogelijkheden van het bewegen van de nek zoals uit observatie en verzoek tot bewegen plaats vond. De best uitgevoerde beweging geldt, zodat er een onbeperkte bewegingsmogelijkheid is. (...)
5. Bij de bepaling van de functiestoornis is impairment worden de richtlijnen van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie gevolgd met daarbij gevoegde toelichting in december 1999 van deze vereniging. Bij het bestaan van pijnklachten zonder objectieve afwijkingen kan bij het weke delen letsel van de nek een percentage blijvend functieverlies van de gehele mens worden aangenomen mits voldaan is aan voorwaarden . (...)
1. Het trauma staat vast, een aanrijding van achteren.
2. Het ongeval heeft aanleiding gegeven tot een mechanisch te begrijpen geweldsinwerking op de halswervelkolom.
3. De pijnklachten zijn gelokaliseerd in de nek en trekken door naar de rechter schouder en bovenarm.
4. De pijnklachten zijn op dezelfde dag van het ongeval ontstaan. In principe dezelfde klachten als bestonden voor het ongeval na een ongeval in 1990, echter meer uitgesproken.
5. De pijnklachten hebben geen aanleiding gegeven tot het zoeken van medische hulp over een periode van minstens 1 jaar na aansluiting op het trauma, medisch gedocumen-teerd.
6. Het zwaardere huishoudelijke werk wordt na het ongeval van 1994 niet gedaan. Het is minder duidelijk hoe dit was na het eerste ongeval. Het honden trimmen gaat min-der goed. Bij het opzetten van de marktkraam van de dochter, die een zelfstandig ondernemer is, lukt minder goed. De gebruikelijke activiteiten van het dagelijks leven, maatschappelijk verkeer en recreatie zijn verder niet beperkt.
7. Al met al voldoet onderzochte niet aan de geformuleerde criteria van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie. In een toelichting van de Nederlandse Vereniging op het postwhiplash syndroom wordt nogmaals gewezen op de noodzaak dat aan alle 6 criteria moet worden voldaan alvorens een functieverlies van de gehele mens kan worden aangenomen.
Het functieverlies van de gehele mens (impairment) be
draagt 0%.