ECLI:NL:GHSHE:2002:BA4363
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep kort geding
- B. Bod
- H. Huijbers-Koopman
- S. Smeenk-Van der Weijden
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad en bescherming persoonsgegevens in hoger beroep tegen Concepts ICT BV
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch werd behandeld, stond de vraag centraal of Concepts ICT BV onrechtmatig handelde door te weigeren de naam en het adres van een gebruiker van twee omstreden e-mailadressen aan appellante, Rutloh, bekend te maken. De e-mailberichten, verzonden op 16 en 17 april 2001, bevatten beledigende en negatieve beweringen over appellante, die zich hierdoor benadeeld voelde in haar bedrijfsvoering, met name in de verkoop van puppies. Appellante vorderde in kort geding dat Concepts het internetaccount van de onbekende gebruiker zou afsluiten en dat zij de persoonsgegevens van deze gebruiker zou verstrekken. De president van de rechtbank had de vorderingen afgewezen, onder meer omdat het account inmiddels op verzoek van de gebruiker was afgesloten.
In hoger beroep voerde appellante aan dat Concepts actie moest ondernemen tegen de negatieve e-mailberichten en dat de belangen van appellante zwaarder wogen dan die van Concepts. Het hof oordeelde dat er geen bewijs was dat de e-mailberichten na april 2001 nog waren verzonden en dat de belangen van Concepts prevaleerden boven die van appellante. Het hof concludeerde dat Concepts niet verplicht was om de persoonsgegevens van de gebruiker te verstrekken, mede gezien de bescherming van de privacy van de gebruiker onder de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp).
Het hof bekrachtigde het vonnis van de president en oordeelde dat de grieven van appellante faalden. Appellante werd veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep. Deze uitspraak benadrukt de afweging tussen de bescherming van persoonsgegevens en de belangen van derden in het kader van onrechtmatige daad.