ECLI:NL:GHSHE:2002:AH9149
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. Feith
- A. de Groot-van Dijken
- J. Goossens
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van koopovereenkomst wegens dwaling en bedrog in agrarische transactie
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 16 juli 2002 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen een appellant en een geïntimeerde met betrekking tot een koopovereenkomst van agrarische grond. De appellant, een agrarisch ondernemer, had op 3 maart 1997 een perceel grond verkocht aan de geïntimeerde voor een bedrag van f 640.000. De appellant vorderde vernietiging van de overeenkomst op grond van dwaling, omdat hij en de geïntimeerde bij het sluiten van de overeenkomst uitgingen van de onjuiste veronderstelling dat de gemeente bereid zou zijn om compensatiegrond aan hem te verkopen. Deze compensatiegrond was essentieel voor de voortzetting van zijn bedrijf, aangezien de gemeente hem had medegedeeld dat hij zijn veehouderij binnen vijf jaar diende te staken.
De rechtbank had in eerste aanleg de vorderingen van de appellant afgewezen, maar het hof oordeelde dat de appellant en de geïntimeerde inderdaad van een onjuiste voorstelling van zaken waren uitgegaan. Het hof concludeerde dat de overeenkomst onder invloed van dwaling tot stand was gekomen, en dat de appellant niet in verzuim was toen hij weigerde mee te werken aan de levering van het perceel. Het hof vernietigde het vonnis van de rechtbank en oordeelde dat de overeenkomst van 3 maart 1997 vernietigbaar was wegens dwaling. Het hof gaf partijen de gelegenheid om in onderling overleg tot een oplossing te komen, gezien de ingrijpende gevolgen van de vernietiging van de overeenkomst.
De uitspraak benadrukt het belang van correcte informatieverstrekking en de gevolgen van dwaling in contractuele relaties, vooral in de agrarische sector. Het hof heeft partijen aangespoord om hun geschil in der minne te regelen, met inachtneming van de juridische implicaties van de vernietiging van de overeenkomst.