ECLI:NL:GHSHE:2001:AF7940
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- B.A. Meulenbroek
- A. van Schaik-Veltman
- M. Begheyn
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake aansprakelijkheid en risico-aanvaarding bij een verkeersongeluk
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door de appellant tegen de vonnissen van de rechtbank te 's-Hertogenbosch. De appellant, vertegenwoordigd door mr. H.E.J.M. van Stiphout, heeft grieven ingediend tegen het eindvonnis van 3 september 1999, waarin de rechtbank oordeelde over de aansprakelijkheid van de appellant voor een verkeersongeluk. De geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. M.J.J. Bogaerts-Tholen, heeft de grieven bestreden en verzocht om bekrachtiging van het vonnis.
Het hof heeft vastgesteld dat de appellant geen grieven heeft ingediend tegen de tussenvonnissen van 22 november 1996 en 20 juni 1997, waardoor hij in zijn beroep tegen deze vonnissen niet-ontvankelijk is verklaard. Het hof heeft ook geoordeeld dat de feiten zoals vastgesteld in het tussenvonnis van 22 november 1996 als uitgangspunt dienen voor het hoger beroep.
De appellant heeft in zijn grieven onder andere aangevoerd dat hij zich op risico-aanvaarding kan beroepen volgens Indonesisch recht. Het hof heeft geoordeeld dat dit beroep mogelijk is, en dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat dit niet het geval was. Daarnaast heeft het hof de breedte van de weg besproken, waarbij het hof concludeert dat de weg 'ongeveer vier meter breed' was, zonder dat dit tot een ander oordeel leidt.
De grieven met betrekking tot de oorzaak van het ongeval en de aansprakelijkheid van de appellant zijn ook behandeld. Het hof heeft vastgesteld dat de geïntimeerde voldoende bewijs moet leveren van de toedracht van het ongeval en de mate van schuld van de appellant. Het hof heeft de zaak verwezen naar een rolzitting voor verdere bewijslevering en het horen van getuigen. De beslissing van het hof is op 31 juli 2001 uitgesproken.