ECLI:NL:GHSHE:2001:AD3880
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. de Kok
- A. van Empel
- F. Vermeulen
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid gemeente voor asbestblootstelling en verjaringstermijn
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 21 augustus 2001 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de gemeente Helmond tegen een vonnis van de president van de arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch. De gemeente was in hoger beroep gegaan tegen een vonnis waarin zij aansprakelijk werd gesteld voor de schade die [geïntimeerde] had geleden door blootstelling aan asbest tijdens zijn werkzaamheden bij de gemeente van 1959 tot 1963. De gemeente voerde vier grieven aan, waaronder een beroep op verjaring, en betwistte de blootstelling aan asbest en de aansprakelijkheid op basis van artikel 7:658 BW van het Burgerlijk Wetboek.
Het hof oordeelde dat het beroep van de gemeente op verjaring onaanvaardbaar was, omdat de schade pas na meer dan dertig jaar zichtbaar en bekend was geworden. Dit betekende dat de verjaringstermijn van dertig jaar, zoals geregeld in artikel 3:310 BW, niet van toepassing was. Het hof benadrukte dat het recht op toegang tot de rechter, zoals verankerd in artikel 6 EVRM, in dit geval in het geding was. De gemeente had ook betoogd dat de termijn die [geïntimeerde] had genomen om de gemeente aansprakelijk te stellen onredelijk was, maar het hof oordeelde dat deze termijnen niet onredelijk waren.
Daarnaast oordeelde het hof dat er voldoende bewijs was voor de blootstelling aan asbest en dat de gemeente niet de nodige veiligheidsmaatregelen had getroffen. De grieven van de gemeente faalden, en het hof bekrachtigde het vonnis van de eerste aanleg, waarbij de gemeente werd veroordeeld in de kosten van het hoger beroep. De zaak benadrukt de complexiteit van aansprakelijkheid bij asbestblootstelling en de toepassing van verjaringstermijnen in dergelijke gevallen.