ECLI:NL:GHSHE:2001:AB1884
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.A. Meijer
- M.E. van Hilten
- J.W. Verstraate
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag omzetbelasting en maatschap tussen echtgenoten
In deze zaak gaat het om een naheffingsaanslag in de omzetbelasting die is opgelegd aan de Maatschap X-Y, bestaande uit de heer X en mevrouw Y. De naheffingsaanslag van fl. 19.309,= is opgelegd door de Inspecteur na een bezwaarprocedure die begon met een uitspraak op 14 maart 1997. De belanghebbende heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld bij het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De mondelinge behandeling vond plaats op 30 augustus 2000, waarna het Hof op 13 september 2000 een mondelinge uitspraak deed. De zaak draait om de vraag of er een maatschap bestaat tussen de heer en mevrouw X-Y en of deze maatschap recht heeft op de inbreng van een melkquotum in een nieuwe maatschap die per 1 januari 1995 is opgericht met hun zonen. De Inspecteur stelt dat er een maatschap bestaat en dat deze maatschap omzetbelasting verschuldigd is over de vergoeding die zij heeft ontvangen voor de inbreng van het melkquotum. De belanghebbende betwist dit en stelt dat de maatschap niet meer bestaat en dat het melkquotum tot hun buitenmaatschappelijk vermogen behoort. Het Hof oordeelt dat de heer en mevrouw X-Y ieder afzonderlijk het gebruik en genot van hun aandeel in het melkquotum in de nieuwe maatschap hebben ingebracht, en dat er geen sprake is van een belastbare prestatie. De naheffingsaanslag wordt vernietigd, en de Inspecteur wordt veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht.