ECLI:NL:GHSHE:2000:AA9378
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. van Schaik-Veltman
- A. Meulenbroek
- J. Begheyn
- Rechtspraak.nl
Arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch inzake aansprakelijkheid en ingebrekestelling in bouwgeschil
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 19 december 2000 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen twee besloten vennootschappen. Appellante, vertegenwoordigd door mr. W.M.C. van der Eerden, had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank te Breda, waarin was geoordeeld dat zij niet aan haar stelplicht had voldaan. De zaak betreft een bouwgeschil waarbij appellante stelt dat geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. J.H.M. Erkens, tekort is geschoten in de uitvoering van werkzaamheden, wat heeft geleid tot schade door lekkages en andere problemen met de daken van het gebouw.
Appellante voerde aan dat geïntimeerde in gebreke was gesteld door middel van een brief van 10 maart 1997, waarin werd verzocht om nakoming van garantie- en herstelverplichtingen. Geïntimeerde betwistte echter dat deze brief een gespecificeerde verbintenis bevatte en stelde dat de problemen voortkwamen uit de constructie van het gebouw en niet uit haar werkzaamheden. Het hof oordeelde dat de brief voldeed aan de eisen van een ingebrekestelling, maar dat appellante niet voldoende bewijs had geleverd voor haar stellingen over de lekkages en de tekortkomingen van geïntimeerde.
Het hof concludeerde dat geïntimeerde niet aansprakelijk kon worden gehouden voor de problemen die appellante had ervaren, aangezien deze niet het gevolg waren van wanprestatie van geïntimeerde. De vordering van appellante werd afgewezen en zij werd veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, onder verbetering van gronden, en stelde vast dat appellante niet had voldaan aan haar stelplicht met betrekking tot de gestelde lekkages.