ECLI:NL:GHSHE:2000:AA6050
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Voorlopige voorziening
- J.A. Meijer
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake naheffingsaanslag omzetbelasting en boete
In deze zaak heeft het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 26 april 2000 uitspraak gedaan op een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening, ingediend door de vennootschap onder firma X V.o.f. (verzoekster) tegen een naheffingsaanslag in de omzetbelasting en een opgelegde boete door de Inspecteur. De naheffingsaanslag, gedateerd 25 februari 1998, betrof een bedrag van fl. 50.888,= over het tijdvak van 1 oktober 1996 tot en met 31 maart 1997, met een bijkomende boete van fl. 25.444,=. Na bezwaar van verzoekster heeft de Inspecteur de aanslag en boete gehandhaafd op 26 maart 1999, waarna verzoekster op 22 april 1999 beroep heeft ingesteld bij het Hof. Het verzoek om een voorlopige voorziening werd ingediend op 1 maart 2000, met de vraag om teruggaven van omzetbelasting niet te verrekenen met de naheffingsaanslag en boete, en om reeds verrekende teruggaven uit te betalen.
De mondelinge behandeling vond plaats op 11 april 2000, waarbij de gemachtigde van verzoekster en vertegenwoordigers van de Inspecteur aanwezig waren. Tijdens de behandeling werd duidelijk dat verzoekster in maart 2000 in staat van faillissement was verklaard, wat de urgentie van het verzoek beïnvloedde. De President van het Hof oordeelde dat verzoekster niet voldoende bewijs had geleverd dat de naheffingsaanslag onterecht was, en dat de Inspecteur niet de verplichting had om aan te tonen dat het vonnis van de Rechtbank te Zwolle onjuist was. De President concludeerde dat de facturen, waarop de naheffingsaanslag was gebaseerd, vals waren, en dat verzoekster niet te goeder trouw kon worden geacht.
Uiteindelijk werd het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening afgewezen, en er werden geen proceskosten aan de Inspecteur opgelegd. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door de fungerend president, mr. J.A. Meijer, in aanwezigheid van de waarnemend-griffier, mr. Th.A.J. Kock.