ECLI:NL:GHSHE:2000:AA6005
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.Th. Simons
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de vastgestelde heffingsgrondslag van onroerende zaak in het kader van de Wet waardering onroerende zaken
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 7 februari 2000 uitspraak gedaan in het beroep van X tegen de beslissing van Burgemeester en Wethouders (B en W) van de gemeente Y. Het geschil betreft de vastgestelde waarde van de onroerende zaak aan de Ustraat 1 te Y voor het tijdvak van 1 januari 1997 tot en met 31 december 2000, in het kader van de Wet waardering onroerende zaken. De belanghebbende, vertegenwoordigd door G, stelde dat de waarde van het perceel op nihil moest worden vastgesteld, omdat het perceel onverkoopbaar zou zijn door de aanwezigheid van een stacaravan die bij verkoop verwijderd moest worden, aangezien het perceel zich in het tracé van de N.V. Rotterdam-Rijn Pijpleiding Maatschappij bevond.
Het Hof heeft de mondelinge behandeling op 19 januari 2000 gehouden en na de behandeling op 2 februari 2000 de uitspraak gedaan. Het Hof oordeelde dat de door B en W verdedigde heffingsgrondslag juist was, omdat de belanghebbende geen taxatierapport had overgelegd en niet aannemelijk had gemaakt dat de waarde van de onroerende zaak verder beperkt was dan in het taxatierapport was aangegeven. Het Hof concludeerde dat de stacaravan, die in 1994 was geplaatst en aangesloten op nutsvoorzieningen, als onroerende zaak moest worden beschouwd, omdat deze naar aard en inrichting duurzaam ter plaatse was bestemd.
De uitspraak bevestigde de beslissing van B en W en het Hof achtte geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten. De belanghebbende en het bestuursorgaan zijn op de hoogte gesteld van de uitspraak, en er werd een griffierecht van ¦ 150,= voor de schriftelijke uitspraak vastgesteld.