ECLI:NL:GHSGR:2012:BY1911
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- C.M. le Clercq-Meijer
- A.A. Schuering
- J.A.C. Bartels
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in verkrachtingszaak met licht verstandelijk gehandicapte benadeelde partij
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 25 oktober 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage. De verdachte was in eerste aanleg veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, wegens verkrachting van een licht verstandelijk gehandicapte benadeelde partij. De verdachte heeft in hoger beroep vrijspraak bepleit, stellende dat de handelingen met de benadeelde partij met wederzijds goedvinden plaatsvonden en dat hij niet wist dat zij niet in staat was haar wil te bepalen.
Het hof heeft vastgesteld dat er tussen de verdachte en de benadeelde partij seksuele handelingen hebben plaatsgevonden, maar dat niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan verkrachting. De deskundige, dr. R. Bullens, heeft gerapporteerd dat de benadeelde partij weliswaar een licht verstandelijke beperking had, maar dat zij in staat was haar wil tot op zekere hoogte te bepalen. Het hof concludeert dat de verdachte niet in de wetenschap handelde dat de benadeelde partij niet in staat was om haar wil te bepalen, en spreekt hem vrij van het eerste alternatief van de tenlastelegging.
Ten aanzien van het tweede alternatief, dat de verdachte de benadeelde partij zou hebben gedwongen tot seksuele handelingen, oordeelt het hof dat de aangifte onvoldoende steun vindt in aanvullend bewijs. Het hof vernietigt het vonnis van de rechtbank en spreekt de verdachte vrij van alle ten laste gelegde feiten. Tevens verklaart het hof de benadeelde partij niet-ontvankelijk in haar vordering tot schadevergoeding, aangezien de verdachte is vrijgesproken.