ECLI:NL:GHSGR:2012:BX4476
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Waardering onroerende zaak en MGE-verplichting in belastingzaak
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Gravenhage op 27 juni 2012, gaat het om een hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de rechtbank Dordrecht van 31 mei 2011. De zaak betreft de waardering van een onroerende zaak, gelegen aan [a-straat 1] te [Z], en de daarop gebaseerde aanslag onroerende-zaakbelasting voor het jaar 2009. De Inspecteur had de waarde van de woning vastgesteld op € 194.000, gebaseerd op de waardepeildatum van 1 januari 2008. Belanghebbende betwistte deze waardering en voerde aan dat de woning, vanwege de Maatschappelijk Gebonden Eigendom (MGE), slechts voor een maximum bedrag van € 141.975 kon worden verkocht aan de Stichting [B].
Het Gerechtshof oordeelde dat de door de Inspecteur gebruikte vergelijkingspanden geschikt waren om de waarde van de woning te onderbouwen. De taxateur had de waarde vastgesteld op basis van de vergelijkingsmethode, waarbij rekening werd gehouden met de verkoopprijzen van vergelijkbare panden. Het Hof concludeerde dat de MGE-verplichting het woongenot van belanghebbende niet beperkt en dat de waarde van de woning niet te hoog was vastgesteld. De aanslag onroerende-zaakbelasting werd terecht opgelegd aan belanghebbende als eigenaar van de woning.
De uitspraak van het Gerechtshof bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank en verklaarde het beroep van belanghebbende ongegrond. Er werden geen termen gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing werd openbaar uitgesproken en partijen kregen de mogelijkheid om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.