ECLI:NL:GHSGR:2012:BV8396
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- G.J.W. van Oven
- C.G.M. van Rijnberk
- Chr.A. Baardman
- Rechtspraak.nl
Bezit van kinderpornografisch materiaal en de gevolgen voor de verdachte
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 2 maart 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan het bezit van kinderpornografische afbeeldingen en films. De verdachte, geboren in 1943, heeft in de periode van 29 augustus 2007 tot en met 3 april 2008 in 's-Gravenhage 17.658 afbeeldingen en 88 films gedownload, waarvan een aantal expliciet seksuele gedragingen van minderjarigen vertoont. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een werkstraf van 240 uren, met als alternatief 120 dagen hechtenis indien de werkstraf niet naar behoren wordt verricht. De uitspraak volgt op een eerdere veroordeling door de rechtbank 's-Gravenhage, waarbij de verdachte een taakstraf van 120 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden kreeg opgelegd. De advocaat-generaal had hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis, wat leidde tot de huidige uitspraak.
Het hof heeft vastgesteld dat de inleidende dagvaarding partieel nietig is verklaard, omdat deze niet voldeed aan de eisen van artikel 261 van het Wetboek van Strafrecht. De dagvaarding vermeldde niet voldoende feitelijke betekenis van de afbeeldingen en films die de verdachte in bezit had. Het hof oordeelde dat er voldoende bewijs was voor een redelijk vermoeden van schuld aan het misdrijf, en dat de gegevens niet onrechtmatig waren verkregen. De verdachte heeft zich bewust op websites begeven om kinderpornografisch materiaal te downloaden, wat de ernst van de zaak vergroot. Het hof heeft rekening gehouden met de zeer jeugdige leeftijd van de slachtoffers, die tussen de 8 en 14 jaar oud waren, en de impact die dit heeft op hun welzijn.
Bij de strafoplegging heeft het hof de oriëntatiepunten voor straftoemeting in acht genomen, maar besloot af te zien van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, gezien de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn leeftijd en het feit dat hij niet eerder onherroepelijk was veroordeeld. De uitspraak benadrukt de ernst van het bezit van kinderpornografisch materiaal en de gevolgen voor de betrokken minderjarigen, evenals de verantwoordelijkheid van de verdachte in deze kwestie.