ECLI:NL:GHSGR:2011:BT6691
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- A.A. Schuering
- J.J.I. Verburg
- B. Wessels
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot schuldsaneringsregeling wegens ontbreken minnelijk traject
In deze zaak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de Rechtbank 's-Gravenhage, waarin zijn verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling werd afgewezen. Het verzoekschrift, ingediend op 19 juli 2011, was gericht tegen een eerdere beslissing van de rechtbank van 12 juli 2011. De rechtbank had geoordeeld dat er geen buitengerechtelijke schuldregeling tot stand was gekomen en dat er geen verklaring van de gemeente was over de mogelijkheden voor een minnelijk vergelijk. Dit was volgens de rechtbank noodzakelijk om de schuldsaneringsregeling toe te passen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 27 september 2011 heeft [appellant] zijn standpunt toegelicht, waarbij hij stelde dat hij nu wel een volledig overzicht van zijn schulden had en altijd te goeder trouw was geweest. Hij verwees naar een aangepaste verklaring ex artikel 285 Fw en een toelichting van de gemeente Den Haag, waaruit bleek dat zijn totale schuldenlast ruim € 104.000 bedroeg. Ondanks zijn inspanningen was het niet gelukt om een minnelijk traject te doorlopen, en hij verzocht het hof om het eerdere vonnis te vernietigen.
Het hof heeft echter geoordeeld dat het verzoek van [appellant] prematuur was, omdat de schuldenlast nog niet exact bekend was en er geen concreet voorstel aan de schuldeisers was gedaan. Het hof benadrukte dat de wetgever vereist dat een schuldenaar eerst een poging moet doen om een buitengerechtelijke regeling te treffen voordat hij een verzoek tot schuldsanering indient. Het hof concludeerde dat [appellant] alsnog een poging moet ondernemen om een minnelijke regeling te treffen, en dat pas na een met redenen omklede verklaring van de gemeente een nieuw verzoek bij de rechtbank kan worden ingediend. Het hof bekrachtigde daarom het vonnis van de rechtbank.