ECLI:NL:GHSGR:2011:BS8740
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep kort geding
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot schorsing van de procedure in kort geding inzake merkenrecht
In deze zaak heeft H&M Hennes & Mauritz Netherlands B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank 's-Gravenhage, waarin een verzoek tot schorsing van de procedure op grond van artikel 104, lid 1, van de Verordening (EG) nr. 207/2009 (GMVo) werd afgewezen. H&M stelde dat er al een vordering tot nietigverklaring van het Gemeenschapsmerk was ingesteld bij het Bureau voor Harmonisatie binnen de Interne Markt, en dat dit aanleiding gaf om de procedure te schorsen. De rechtbank oordeelde echter dat artikel 104 GMVo enkel van toepassing is op bodemprocedures en niet op kort gedingen, en dat het spoedeisend belang bij de gevorderde maatregel zich verzet tegen aanhouding.
In hoger beroep heeft H&M 14 grieven aangevoerd en verzocht om vernietiging van het bestreden vonnis. G-Star RAW C.V. en Facton Ltd. waren de geïntimeerden in deze zaak. Het hof heeft overwogen dat de voorzieningenrechter terecht het verzoek tot schorsing heeft afgewezen, omdat artikel 104 GMVo niet van toepassing is op kort gedingen. Het hof heeft vastgesteld dat de verplichting om te schorsen enkel geldt voor bodemprocedures en dat de bepalingen in artikel 104 GMVo niet verenigbaar zijn met de aard van een kort geding.
De beslissing van het hof was dat de incidentele vordering tot schorsing werd afgewezen en dat H&M als in het ongelijk gestelde partij werd veroordeeld in de kosten van het incident. De kosten werden begroot op € 894, en de kostenveroordeling werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Het arrest is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 19 juli 2011.