a. Ten aanzien van de woonlasten: per 1 april 2011 heeft de vrouw een woning gekocht voor € 385.000,- (aankoopprijs, verbouwingskosten en kosten koper). Gelet op de welstand van partijen gedurende het huwelijk, acht het hof de door de vrouw opgevoerde woonlasten van totaal € 1.367,50 (inclusief energielasten en watersysteemheffing) per maand alleszins redelijk.
b. Ten aanzien van het sparen, spaarloon en lijfrentepremie: het hof houdt rekening met een bedrag van € 150,- per maand aan sparen, gelet op het netto besteedbaar gezinsinkomen dat partijen hadden. Daarnaast houdt het hof rekening met een bedrag aan spaarloon van € 51,09 per maand en een lijfrentepremie van € 31,96 per maand, nu de man deze bedragen niet heeft bestreden.
c. Ten aanzien van de opgevoerde verzekeringskosten: het hof houdt rekening met de diverse opgevoerde verzekeringskosten van totaal € 224,88 per maand, welke niet, dan wel onvoldoende, door de man zijn bestreden
d. Ten aanzien van de maandelijkse lasten ten behoeve van de sport: het hof houdt rekening met de door de vrouw opgevoerde en door de man niet, althans onvoldoende, bestreden kosten voor de sportschool ad € 54,- per maand. Het hof houdt geen rekening met de door de vrouw opgevoerde kosten ten behoeve van de zomer- en wintertennis, nu de vrouw deze in het licht van de gemotiveerde betwisting door de man onvoldoende heeft onderbouwd.
e. Ten aanzien van de kosten van de loterijen: het hof houdt rekening met de - door de man gemotiveerd bestreden - kosten van de bankgiroloterij van € 9,63 per maand, de nationale postcodeloterij van € 11,96 per maand en de staatsloterij van € 18,75 per maand, nu uit de overgelegde stukken is gebleken dat partijen gedurende het huwelijk ook deelnamen aan deze loterijen en het hof deze bedragen niet bovenmatig voorkomen, gelet op de welstand van partijen gedurende het huwelijk.
f. Ten aanzien van de aan het lidmaatschap van de stadsbibliotheek verbonden kosten: het hof houdt geen rekening met de door de vrouw aan het lidmaatschap van de stadsbibliotheek verbonden kosten van € 2,59 per maand, nu de vrouw onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt waarom deze kosten niet onder de behoefte van de kinderen vallen.
g. Ten aanzien van de kosten van de televisiegids: het hof houdt geen rekening met de - door de man gemotiveerd bestreden - kosten van de televisiegids van € 4,63 per maand, nu de vrouw deze kosten niet aannemelijk heeft gemaakt. Met de overige door de vrouw opgevoerde en niet door de man bestreden kosten van lidmaatschappen (met een totaal van € 52,03 per maand), zal het hof rekening houden.
h. Ten aanzien van de autokosten: het hof zal rekening houden met de - door de man niet, althans onvoldoende gemotiveerd, bestreden - opgevoerde kosten van de auto, benzine en motorrijtuigenbelasting, van € 180,67 per maand.
i. Ten aanzien van de kosten van de boodschappen, make-up/verzorging, schoenen kledinggeld, cadeautjes, vakantie en kosten van de kat: het hof rekening met € 200,- per maand aan boodschappen, € 50,- per maand aan make-up/verzorging, € 100,- per maand aan schoenen, € 400,- per maand aan kledinggeld, € 72,- per maand aan cadeautjes, € 240,- per maand aan vakantie en € 20,- per maand aan kosten van de kat, zoals door de vrouw opgevoerd, welke bedragen het hof niet als bovenmatig voorkomen gelet op de welstand van partijen tijdens hun huwelijk.
j. Ten aanzien van de kosten aanschaf in/om huis: het hof houdt geen rekening met de door de man gemotiveerd bestreden kosten aanschaf in/om huis, nu deze kosten naar het oordeel van het hof onvoldoende gespecificeerd zijn.
k. Ten aanzien de door de vrouw opgevoerde kosten van uitgaan van € 200,- per maand, acht het hof het redelijk om rekening te houden met een bedrag van € 100,- per maand.
l. Ten aanzien van de overige “overige kosten”: het hof houdt rekening met de overige door de vrouw onder het kopje “overige kosten” opgevoerde lasten (met een totaal van € 227,75 per maand), nu de man deze niet heeft bestreden.