ECLI:NL:GHSGR:2011:BR0721

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
24 februari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
22-005793-09
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in ontuchtzaak met minderjarig buurmeisje

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 24 februari 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Alkmaar. De verdachte werd beschuldigd van ontuchtige handelingen met een minderjarig buurmeisje, geboren op 30 augustus 1994. De tenlastelegging omvatte verschillende seksuele handelingen die de verdachte zou hebben gepleegd op of omstreeks 1 januari 2007 in Blokker, gemeente Hoorn. De advocaat-generaal had gevorderd dat het vonnis van de rechtbank zou worden vernietigd en dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een taakstraf van 180 uur, subsidiair 90 dagen hechtenis, met een voorwaardelijk deel van 60 uur.

Tijdens de zittingen in hoger beroep op 18 februari 2010 en 10 februari 2011 heeft het hof de zaak onderzocht. De verdachte erkende dat hij het buurmeisje had gezoend om haar een gelukkig Nieuwjaar te wensen, maar ontkende dat dit met seksuele bedoelingen was. Het hof oordeelde dat niet overtuigend was bewezen dat de verdachte de tenlastegelegde handelingen had gepleegd. De verdachte werd daarom vrijgesproken van alle beschuldigingen.

Daarnaast was er een vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij, die door de advocaat-generaal werd ingediend. Het hof verklaarde de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering, nu de verdachte was vrijgesproken. Het hof vernietigde het vonnis waarvan beroep en deed opnieuw recht, waarbij het de verdachte vrijsprak van de tenlastegelegde feiten.

Uitspraak

Rolnummer: 22-005793-09
Parketnummer: 14-700961-07
Datum uitspraak: 24 februari 2011
TEGENSPRAAK
Gerechtshof te Amsterdam
meervoudige kamer voor strafzaken
zittinghoudende te 's-Gravenhage
Arrest
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Alkmaar van 24 april 2008 in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1930,
adres: [adres].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzittingen in hoger beroep van dit hof van 18 februari 2010 en 10 februari 2011.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte ter zake van het primair tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een taakstraf in de vorm van een werkstraf voor de duur van 180 uur, subsidiair 90 dagen hechtenis, waarvan 60 uur voorwaardelijk, subsidiair 30 dagen hechtenis met een proeftijd van 2 jaren, met beslissing omtrent de vordering tot schadevergoeding zoals in eerste aanleg is beslist.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte van het primair tenlastegelegde vrijgesproken en ter zake van het subsidiair tenlastegelegde veroordeeld tot een taakstraf in de vorm van een werkstraf voor de duur van 180 uur, subsidiair 90 dagen hechtenis, waarvan 60 uur voorwaardelijk, subsidiair 30 dagen hechtenis met een proeftijd van 2 jaren. Voorts is ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij beslist zoals nader in het vonnis omschreven.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 01 januari 2007 te Blokker, gemeente Hoorn, op een of meer (verschillende) tijdstip(pen) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [aangeefster] (geboren 30 augustus 1994) heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die (telkens) bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [aangeefster], hebbende verdachte zijn tong in de mond van die[aangeefster] gestoken en/of die [aangeefster] een (tong)zoen gegeven en/of (over) de/een bil(len) en/of het geslachtsdeel van die [aangeefster] gewreven en/of vastgepakt en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) (telkens) hierin dat verdachte achter die [aangeefster] is gaan staan en/of die [aangeefster] heeft vastgepakt en/of heeft vastgehouden, terwijl sprake was van een zodanige verhouding tussen hem, verdachte, en die [aangeefster] als(oudere) buurman en buurmeisje, dat die [aangeefster] niet in staat was weerstand te bieden en/of (aldus) voor die [aangeefster] een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
subsidiair
hij op of omstreeks 01 januari 2007 te Blokker, gemeente Hoorn, op een of meer (verschillende) tijdstip(pen) met [aangeefster] (geboren 30 augustus 1994), die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, die (telkens) bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen vanhet lichaam van die [aangeefster], hebbende verdachte zijn tong in de mond van die [aangeefster] gestoken en/of die [aangeefster] een (tong)zoen gegeven en/of (over) de/een bil(len) en/of het geslachtsdeel van die [aangeefster] gewreven en/of vastgepakt;
meer subsidiair
hij op of omstreeks 01 januari 2007 te Blokker, gemeente Hoorn, op een of meer (verschillende) tijdstip(pen) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [aangeefster] (geboren 30 augustus 1994) (telkens) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het in de mond van die [aangeefster] steken van zijn, verdachtes, tong en/of (tong)zoenen van die [aangeefster] en/of het (over) de/een bil(len) en/of geslachtsdeel van die [aangeefster] wrijven en/of vastpakken en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) (telkens) uit het achter die [aangeefster] gaan staan en/of die [aangeefster] vastpakken en/of vasthouden, terwijl sprake was van een zodanige verhouding tussen hem, verdachte, en die [aangeefster] als (oudere) buurman en/of buurmeisje, dat die [aangeefster] niet in staat was weerstand te bieden en/of (aldus) voor die [aangeefster] een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
meest subsidiair
hij op of omstreeks 01 januari 2007 te Blokker, gemeente Hoorn, op een of meer (verschillende) tijdstip(pen) met [aangeefster] (geboren 30 augustus 1994), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, (telkens) een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, bestaande uit het in de mond van die [aangeefster] steken van zijn, verdachtes, tong en/of (tong)zoenen van die [aangeefster] en/of het (over) de/een bil(len) en/of geslachtsdeel van die [aangeefster] wrijven en/of vastpakken.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Vrijspraak
De verdachte erkent dat hij aangeefster heeft gezoend om haar een gelukkig Nieuwjaar te wensen. Niet is komen vast te staan, dat het hier een tongzoen betrof, noch is anderszins gebleken dat er - toen of later - met seksuele bedoeling is gezoend. Dat laatste heeft ook te gelden voor het - door de verdachte erkende - de rug en mogelijk ook de billen aanraken van aangeefster. Ook overigens is naar het oordeel van het hof niet overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte is tenlastegelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Vordering tot schadevergoeding [benadeelde partij A]
In het onderhavige strafproces heeft gemachtigde mr. M. Bruins zich namens [benadeelde partij A] als benadeelde partij gevoegd en een vordering ingediend tot vergoeding van geleden materiële en immateriële schade als gevolg van het aan de verdachte tenlastegelegde, tot een bedrag van EUR 1.588,54.
In hoger beroep is deze vordering aan de orde tot het in eerste aanleg toegewezen bedrag van EUR 800,-.
De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot toewijzing van een gedeelte van de vordering van de benadeelde partij, tot een bedrag van EUR 800,-, te vermeerderen met de kosten voor rechtsbijstand, groot EUR 38,54, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Voorts heeft de advocaat-generaal geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van de benadeelde partij voor het overige.
Nu de verdachte ter zake van het tenlastegelegde wordt vrijgesproken, dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
Nu door of namens de verdachte niet is gesteld dat deze met het oog op de verdediging tegen de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij kosten heeft gemaakt, kan een kostenveroordeling achterwege blijven.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart de benadeelde partij [benadeelde partij A] niet-ontvankelijk in de vordering.
Dit arrest is gewezen door mr. M.P.J.G. Göbbels, mr. G.J.W. van Oven en mr. N.C. van Bellen, in bijzijn van de griffier mr. R.T. Poort.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 24 februari 2011.
Mr. N.C. van Bellen is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.