ECLI:NL:GHSGR:2011:BP8062
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep kort geding
- A.V. van den Berg
- J. Kramer
- A.E.A.M. van Waesberghe
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep kort geding inzake huisvesting van vluchteling met verblijfsvergunning door COA
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 15 maart 2011 uitspraak gedaan in een hoger beroep kort geding dat was aangespannen door het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) tegen een verblijvende te Rotterdam, hierna te noemen [appellante]. De zaak betreft de procedure rondom de huisvesting van [appellante], die een verblijfsvergunning heeft. Het hof heeft eerder een tussenarrest gewezen op 28 december 2010 en verwees naar het procesverloop tot die datum. Tijdens een comparitie van partijen op 11 februari 2011 zijn getuigen gehoord, waaronder de dochter van [appellante].
Het hof heeft de grieven van het COA beoordeeld, waarbij de eerste grief zich richtte tegen het oordeel van de rechtbank dat [appellante] niet voldoende was voorgelicht over haar verantwoordelijkheden in de huisvestingsprocedure. Het COA stelde dat [appellante] adequaat was geïnformeerd, maar het hof oordeelde dat het COA onvoldoende zorgvuldigheid had betracht. Het hof benadrukte dat het essentieel is dat vergunninghouders tijdig en adequaat worden geïnformeerd over hun verantwoordelijkheden en mogelijkheden in de procedure.
De tweede grief van het COA, die voortbouwde op de eerste, werd eveneens verworpen. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 16 maart 2010 en veroordeelde het COA in de kosten van het hoger beroep. De uitspraak benadrukt het belang van goede voorlichting en zorgvuldigheid in procedures die asielzoekers en vluchtelingen aangaan, en bevestigt dat de rechten van deze groepen zorgvuldig moeten worden gewaarborgd.