ECLI:NL:GHSGR:2010:BO1008

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
15 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
000084-16
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing vergoeding kosten rapportage door psychiater in strafzaak

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 15 september 2010 uitspraak gedaan over een verzoek tot vergoeding van kosten voor een psychiater. De verzoeker had op 11 januari 2010 een verzoekschrift ingediend waarin hij vroeg om een vergoeding van € 720,- voor de kosten van een rapportage door psychiater H.E. Sanders. De advocaat-generaal concludeerde primair tot afwijzing van het verzoek, stellende dat de rapportage niet het belang van het onderzoek had gediend, aangezien er al eerdere rapportages waren en het hof in zijn beslissing voorbij was gegaan aan de rapportage van Sanders.

De verdediging betoogde echter dat het hof tijdens de behandeling van de strafzaak wel degelijk acht had geslagen op de rapportage van Sanders, en dat deze rapportage het belang van het onderzoek had gediend. Het hof oordeelde dat de rapportage inderdaad het belang van het onderzoek had gediend, en dat de verzochte vergoeding van proceskosten toewijsbaar was. Het hof besloot om de verzoeker een bedrag van € 649,84 toe te kennen, gebaseerd op het uurtarief van de psychiater zoals vastgelegd in het Besluit Tarieven Strafzaken 2003.

De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken. Het hof beveelt de tenuitvoerlegging van de beschikking, waarbij de betaling ten laste van de Staat der Nederlanden zal plaatsvinden op een door de advocaat van de verzoeker nader op te geven rekeningnummer. De zaak is van belang voor de interpretatie van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering, met betrekking tot de vergoeding van kosten in strafzaken.

Uitspraak

datum uitspraak 15 september 2010
GERECHTSHOF TE 'S-GRAVENHAGE
meervoudige raadkamer
BESCHIKKING
gegeven naar aanleiding van een verzoek, op grond van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering ingediend door:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1980,
in deze zaak woonplaats kiezende ten kantore van zijn advocaat, mr. J.A.W. Knoester, aan de Abraham Patrasstraat 5 te 2595 RC 's-Gravenhage.
Procesgang
Dit gerechtshof heeft bij arrest van 31 oktober 2008 met rolnummer 22-000079-08 het vonnis van de rechtbank
's-Gravenhage van 12 december 2007 in de strafzaak tegen de verzoeker met de parketnummers 09-925274-07,
09-560711-07 en 09-665355-07 vernietigd en hem -voorzover aan het oordeel van het hof onderworpen- van het aan hem onder 2, 5 en 6 bewezenverklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van zes maanden.
Voorts is terzake van het hem onder 4 en 7 bewezenverklaarde gelast dat de verdachte ter beschikking wordt gesteld en bevolen dat hij van overheidswege zal worden verpleegd.
Dit arrest is inmiddels onherroepelijk geworden.
Verzoeker heeft bij een op 11 januari 2010 ter griffie van dit hof ingekomen verzoekschrift gevraagd hem een bedrag toe te kennen van € 720,- als vergoeding van de door hem gemaakte kosten voor het laten maken van een rapportage door psychiater H.E. Sanders.
De raadkamer van het hof heeft dit verzoekschrift in het openbaar op 1 september 2010 behandeld. Daarbij zijn gehoord de advocaat van verzoeker, mr. M. Marjanovic, en de advocaat-generaal mr. W.M.M. van Fessem.
De verzoeker is - hoewel behoorlijk opgeroepen - niet verschenen.
De advocaat-generaal heeft primair geconcludeerd tot afwijzing van het verzoek.
Beoordeling van het verzoek
De strafzaak tegen de verzoeker is geëindigd met een beslissing die de verzoeker op grond van artikel 591, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering in beginsel recht geeft op vergoeding van de kosten welke ingevolge het bij en krachtens de Wet tarieven in strafzaken bepaalde te zijnen laste zijn gekomen, voor zover de aanwending dier kosten het belang van het onderzoek heeft gediend.
De advocaat-generaal heeft -in aansluiting op de schriftelijke conclusie van zijn ambtsgenoot- geconcludeerd dat, nu er reeds rapportages over de psychische gesteldheid waren, de verdachte gekozen heeft voor contra-expertise en het hof in zijn beslissing voorbij gegaan is aan de rapportage van Sanders, de rapportage het belang van het onderzoek niet heeft gediend, zodat deze kosten niet voor vergoeding in aanmerking komen.
De verdediging heeft betoogd dat nu het hof bij de behandeling van de strafzaak acht heeft geslagen op de rapportage, de rapporteur Sanders ook ter zitting is gehoord en een andere gedragsdeskundige ook is gehoord over de rapportage van Sanders, het belang van het onderzoek wel degelijk door de rapportage is gediend.
Het hof overweegt als volgt.
In onderhavige zaak is de inhoud van het door de raadsman ingebrachte rapport van Sanders door het hof aan de orde gesteld tijdens het onderzoek ter terechtzitting. Deze rapporteur is ook ter zitting als getuige-deskundige gehoord en de getuige-deskundige Blansjaar heeft desgevraagd door de voorzitter zijn mening gegeven over het rapport van Sanders. Hiermee heeft het rapport van Sanders het belang van het onderzoek gediend. Dat het hof in zijn arrest heeft overwogen aan dit rapport voorbij te gaan doet daar onder de gestelde omstandigheden niet aan af. Het hof heeft in zijn arrest immers niet overwogen dat het rapport het belang van het onderzoek op geen enkele wijze heeft gediend.
Het hof is dan ook van oordeel dat het rapport het belang van het onderzoek in casu heeft gediend en dat de verzochte vergoeding van proceskosten voor toewijzing
vatbaar zijn. Wat betreft de hoogte van de vergoeding ziet het hof geen aanleiding om wat betreft het uurtarief van de psychiater af te wijken van het uurtarief van € 81,23 zoals vastgelegd in het Besluit Tarieven Strafzaken 2003, zodat aan verzoeker zal worden toegekend een bedrag van € 649,84.
Uit het voorgaande volgt dat moet worden beslist als hierna is aangegeven.
Beslissing
Het hof:
Wijst het verzoek toe en kent aan de verzoeker ten laste van de Staat een vergoeding toe van € 649,84 (zeshonderdnegenenveertig EURO en vierentachtig EUROCENT).
Deze beschikking is gewezen door mr. G. Knobbout, voorzitter, mr. A.J.M. Kaptein en mr. R.C. Langeler, in bijzijn van de griffier mr. M.M. Koers, en op 15 september 2010 in het openbaar uitgesproken.
Deze beschikking is ondertekend door de voorzitter en de griffier.
BEVELSCHRIFT VAN TENUITVOERLEGGING
Beveelt de tenuitvoerlegging van vorenstaande beschikking en mitsdien de betaling ten laste van de Staat der Nederlanden door de griffier van dit hof van een bedrag van € 649,84,- (zeshonderdnegenenveertig EURO en vierentachtig EUROCENT),
op een door zijn advocaat, mr. J.A.W. Knoester, nader op te geven bank- of girorekeningnummer.
's-Gravenhage, 15 september 2010
De voorzitter, G. Knobbout